direct naar inhoud van 6.5 Hoofdstuk 2: Bestemmingsregels
Plan: Buitengebied Emmen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009072-0710

6.5 Hoofdstuk 2: Bestemmingsregels

6.5.1 Indeling bestemmingen

De bestemmingsregels hebben de volgende indeling:

  • A. Bestemmingsomschrijving
    Hierin staat voor welke functie(s) de gronden mogen worden gebruikt en hoe de onderlinge rangorde van de functies is. Indien een functie alleen mag plaatsvinden binnen een bepaald gebied binnen de bestemming is dit aangegeven met een specifieke aanduiding.

  • B. Bouwregels
    Hierin is aangegeven welke gebouwen en andere bouwwerken in principe zijn toegestaan en welke maatvoering daarbij moet worden aangehouden. Zo moeten in gebouwen altijd in het bouwvlak worden opgericht. Daarnaast geldt voor woningen dat ze in de gevellijn moeten worden opgericht.
  • C. Nadere eisen
    Onder dit kopje wordt aangegeven dat burgemeester en wethouders nadere eisen kunnen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing. Deze eisen kunnen echter alleen worden gesteld wanneer ten aanzien van de plaats en de afmetingen van de bebouwing reeds een hoofdeis is opgenomen binnen de bestemming.
  • D. Afwijken van de bouwregels
    In de toekomst kunnen zich omstandigheden voordoen (thans nog niet voorzien) waaruit blijkt dat de bouwregels niet voldoende blijken te zijn. Daarom kan voor ondergeschikte aspecten binnen de bestemming een omgevingsvergunning worden verleend voor het afwijken van de bouwregels c.q. gebruiksregels (zie onder f). Van geval tot geval zal een afweging worden gemaakt.
  • E. Specifieke gebruiksregels
    In principe moeten gronden en gebouwen worden gebruikt overeenkomstig de bestemming. Waar nodig zijn voor de duidelijkheid en ten behoeve van het aangeven van de reikwijdte van de bestemming gebruiksvormen genoemd, die in elk geval als strijdig met de bestemming moeten worden aangemerkt.
  • F. Afwijken van de gebruiksregels
    Van een aantal gebruiksvormen kan nu nog niet worden gezegd of ze aanvaardbaar zijn of niet. Voor dergelijke gebruiksvormen is een bevoegdheid opgenomen om bij omgevingsvergunning af te wijken van de gebruiksregels. Er zijn ook gebruiksvormen die beleidsmatig al wel mogelijk zijn, maar die vanwege een zorgvuldige afweging onder een afwijkingsregeling zijn gebracht. De omgevingsvergunning wordt afgegeven na een zorgvuldige afweging van waarden en functies in de bestemmingen.
     
  • G. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
    Voor een aantal met name genoemde werken en werkzaamheden geldt een omgevingsvergunningplicht. Dat betekent dat deze pas mogen worden uitgevoerd nadat een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verkregen. Hierbij vindt een afweging van belangen naar evenredigheid plaats. Als het gaat om activiteiten die behoren tot het normale onderhoud en/of beheer of het normaal agrarisch gebruik, is geen omgevingsvergunning vereist. In de planregels is aangegeven waaraan een aanvraag wordt getoetst.

Een algemene toestemming (waarbij meerdere werkzaamheden worden ondergebracht in één vergunning) kan worden verleend als de plannen passen binnen de randvoorwaarden van het bestemmingsplan. Dan kunnen alle werken en werkzaamheden in één keer worden toegestaan en is voor afzonderlijke activiteiten geen vergunning meer nodig.

  • H. Wijzigingsbevoegdheid
    Het plan bevat voor een aantal gevallen mogelijkheden om bestemmingen te wijzigen binnen de in de regels aangegeven grenzen. Het kan hierbij gaan om een algemene wijzigingsbevoegdheid voor de hele bestemming, dan wel een specifieke bevoegdheid voor een bepaald gebied. In dit laatste geval zal worden verwezen naar een aanduiding in de verbeelding.

Een bestemmingsregel hoeft overigens niet elk element te bevatten.

6.5.2 Enkelbestemmingen Agrarisch met waarden (Gebiedsbestemmingen)

Op basis van landschappelijke gebiedskenmerken zijn de agrarisch gronden verdeeld in drie deelgebieden:

Het betreffen hier de gronden in het buitengebied met in hoofdzaak onbebouwde gronden. De “gebiedsbestemmingen” zijn vrij globaal van karakter. Binnen de gebiedsbestemmingen komen belangrijke landschappelijke waarden voor, zoals houtwallen, die moeten worden beschermd. Hiervoor is in deze bestemmingen voorzien in een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken.

Vanwege de globaliteit en flexibiliteit zijn niet alle elementen in de planregels opgenomen maar maken ze deel uit van de gebiedsbestemmingen. Denk hierbij aan bijvoorbeeld de volgende elementen:

  • Landbouwkundige elementen (een ontsluitingsweg van een agrarisch bedrijf);
  • Recreatieve elementen (een wandelpad of een picknickplaats);
  • Landschappelijke elementen zoals houtwallen en laanbeplanting
  • Waterlopen binnen agrarische gronden met in hoofdzaak een landbouwkundige functie.

Het gaat hier om zaken die in hoofdzaak of zelfs uitsluitend dienst doen ten behoeve van de basisfuncties van een gebied. Uiteraard zullen de bestaande elementen worden gehandhaafd. Door de globale opzet kunnen ook nieuwe elementen worden ingepast, voor zover ze passen binnen de betreffende bestemming. Een gericht omgevingsvergunningenbeleid voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden voorzien daarin.

Binnen de drie gebiedsbestemmingen kunnen onder strikte voorwaarden ten behoeve van de landbouw mestopslagen en kuil en sleufsilo's worden gerealiseerd. Dit kan alleen wanneer is aangetoond dat binnen het eigen agrarisch bouwvlak geen ruimte is en het landschap dergelijke bouwwerken ter plaatse toelaat. Per concreet geval wordt een aanvraag afgewogen. De regels hiervoor wijken niet af van het bestaande beleid in Emmen.

De drie gebiedsbestemmingen kunnen worden gewijzigd in andere bestemmingen. De schaal en omvang waarin de bestemming kan worden gewijzigd verschilt per gebiedsbestemming en is duidelijk in de planregels omschreven. De wijzigingsbevoegdheden voorzien onder andere in:

  • Vergroting van bestaande agrarische bedrijven;
  • Oprichting van nieuwe grondgebonden agrarische bedrijven;
  • Vergroting / verkleining van Natuur-, Water- en Bosbestemmingen;
  • De aanleg van gasleidingen.

Bij een planwijziging dienen de belangen van het landschap en cultuurhistorie nadrukkelijk worden betrokken. Nieuwe niet-grondgebonden agrarische bedrijven zijn niet toegestaan.

6.5.3 Enkelbestemmingen
6.5.3.1 Agrarisch

Alle agrarische bedrijven in het buitengebied (inclusief in de linten) zijn onder deze bestemming gebracht. Het bestemmingsplan maakt een onderscheid tussen grondgebonden en niet-grondgebonden agrarische bedrijven. Dit onderscheid wordt al sinds het jaar 2000 in de gemeente Emmen gemaakt en wordt in dit bestemmingsplan gehandhaafd.

Voor agrarische bedrijven is een regeling opgesteld waarbij de mogelijkheden zijn gekoppeld aan het op de verbeelding aangegeven bouwvlak. Op de plankaart is de exacte begrenzing van het bouwvlak aangegeven. Afhankelijk van de ligging binnen de gebiedsbestemming is een agrarisch bedrijf ingedeeld in de sub- categorie 1 of 2 ("Agrarisch - Grondgebonden 1", "Agrarisch - Grondgebonden 2", "Agrarisch - Niet grondgebonden 1" en "Agrarisch - Niet grondgebonden 2"). Het verschil is de maximale uitbreidingsmogelijkheden van het bouwvlak. Bedrijven in categorie 2 liggen “vrij” in de bestemming "Agrarisch met waarden - Grootschalige Veenontginningen" en hebben om deze reden meer uitbreidingsmogelijkheden dan de bedrijven in categorie 1.

Sommige bedrijven hebben naast de hoofdactiviteit een ondergeschikte nevenactiviteit. Waar dit het geval is, is dit per bedrijf met een specifieke aanduiding op de verbeelding aangegeven. De bouw- en goothoogte voor bedrijfsbebouwing en bedrijfswoningen zijn in de regels opgenomen. Er kan van de maatvoering worden afgeweken, zodat de bouw van afwijkende stalvormen, zoals bijvoorbeeld een serrestal mogelijk wordt. Ook is er bij grondgebonden bedrijven met een afwijking de mogelijkheid tot de aanleg van een spoel- en wasinstallatie ten behoeve van de bollenteelt. Ten behoeve van de niet-grondgebonden agrarische bedrijven is een maximum gesteld aan het staloppervlakte. De opgenomen regeling is conform de bestaande mogelijkheden zoals die sinds het jaar 2000 in het buitengebied van Emmen gelden.

Per agrarisch bedrijf is één bedrijfswoning toegestaan. Bestaande tweede bedrijfswoningen zijn tevens toegestaan. In de planregels is de maatvoering van bouwwerken aangegeven. Met een wijzigingsbevoegdheid kan een tweede bedrijfswoning worden toegestaan. Hierbij moet dan wel concreet de noodzaak hiervan worden aangetoond.

De agrarische functie kan voor alle agrarische bedrijven via een planwijziging worden verbreed met o.a. detailhandel in eigen producten, maatschappelijke doeleinden, een productiegerichte paardenhouderijtak of bedrijfsactiviteiten uit milieucategorie 1 en 2. Hierbij geldt als strikte voorwaarde dat deze activiteit plaatsvindt in de bestaande bebouwing en ondergeschikt is en blijft aan de agrarische hoofdfunctie. De wijziging mag dus niet tot gevolg hebben dat het agrarisch bedrijf van karakter veranderd. De wijziging mag niet tot gevolg hebben dat de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden onevenredig wordt beperkt. Daarnaast kan bij bedrijfsbeëindiging de agrarische functie geheel worden gewijzigd in een andere bestemming of mag er een andere activiteit plaatsvinden. Dit is duidelijk in de planregels aangegeven. De mogelijke nieuwe gebruiksfuncties / bestemmingen zijn per bestemming beschreven. Een wijziging mag niet tot gevolg hebben dat de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden wordt beperkt.

In het buitengebied van Emmen bevinden zich een aantal zeer specifieke agrarische bedrijven. Deze bedrijven zijn zo specifiek dat voor deze bedrijven een afzonderlijke bestemmingsregeling is opgenomen. Voor het "Agrarisch - Bedrijventerrein", "Agrarisch - Jongveehandel" en "Agrarisch - Schapenhouderij" waren afzonderlijke postzegel-bestemmingsplannen opgesteld. Met de opname van deze bedrijven in het bestemmingsplan zijn deze afzonderlijke bestemmingsplannen vervallen.

Daarnaast komt in het buitengebied één glastuinbouwbedrijf voor dat niet gevestigd is op één van de aangewezen glastuinbouwgebieden. Dit bedrijf aan de Hertenbaan te Erica is vanwege de grote oppervlakte glas bestemd voor "Agrarisch - Glastuinbouw". Het bouwvlak mag volledig bebouwd worden met kassen, bij het bedrijf is een oppervlakte van 500 m2 aan bedrijfsgebouwen toegestaan.

Het fokken en houden van paarden heeft de laatste jaren een grote vlucht gemaakt. In de planregels wordt een onderscheid gemaakt tussen een stoeterij ("Agrarisch - Paardenhouderij 1") en een paardenpension ("Agrarisch - Paardenhouderij 2"). Een stoeterij richt zich op het bedrijfsmatig fokken, trainen en verhandelen van paarden. In een paardenpension worden bedrijfsmatig eigen paarden en paarden van derden gehouden. Op het bedrijf kunnen paarden worden gestald, verzorgd en bereden. Het paardenrusthuis in Nieuw-Schoonebeek valt hier ook onder. Voor maneges is voorzien in een afzonderlijke bestemming "Sport - Manege". Bij maneges kunnen ook mensen terecht zonder een eigen paard.

In het buitengebied van Emmen komen vanouds veldschuren voor. In de planregels is een onderscheid gemaakt in: "Agrarisch - Veldschuur 1" en "Agrarisch - Veldschuur 2". Veldschuren worden gebruikt voor de opslag en stalling van grondstoffen, producten en werktuigen van elders gevestigde agrarische bedrijven (categorie "Agrarisch - Veldschuur 1"). Indien deze veldschuren geen functie ten aanzien van de agrarische bedrijfsvoering meer vervullen mogen ze na verlening van een binnenplanse afwijking ook worden gebruikt voor de opslag en stalling van andere goederen. De opslag moet wel binnen plaatsvinden. Voor een tweetal veldschuren is binnen de bestemming "Agrarisch - Veldschuur 2" het feitelijke gebruik en de bestaande verschijningsvorm geregeld.

6.5.3.2 Bedrijf

De niet-agrarische bedrijven in het buitengebied vallen allen onder de bestemmingscategorie “Bedrijven”. De loonbedrijven die dienstverlenend zijn aan de agrarische sector behoren tot de bestemming "Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf". De twee loonbedrijven met grondverzetbedrijven, respectievelijk aan het Oosterdiep OZ te Emmer-Compascuum en aan de Europaweg te Nieuw-Schoonebeek, zijn specifiek op de verbeelding aangeduid. Een grondverzetbedrijf gebruikt namelijk dusdanig zware machines dat ze behoort tot een zwaardere bedrijfscategorie dan een loonbedrijf. De ruimtelijke uitstraling verschilt zodanig dat een onderscheid tussen een loonbedrijf en een grondverzetbedrijf wenselijk is. Daarnaast komt er een vorm van detailhandel voor die duidelijk ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie en daarom een afzonderlijke aanduiding heeft, namelijk “specifieke vorm van detailhandel – bruidsboetiek”. De bouwmogelijkheden voor de bestemming "Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf" zijn afgestemd op de betreffende functie. De oppervlakte van bestaande gebouwen mag met maximaal 10% toenemen. Met een ontheffing kan de bedrijfsbebouwing eventueel met 25% worden vergroot. Per bedrijf (loonbedrijf grondverzet) is één bedrijfswoning toegestaan tenzij anders is aangegeven op de verbeelding.

Verspreid in het buitengebied komen ook lichte vormen van bedrijvigheid voor die niet dienstverlenend zijn aan de agrarische sector en ook geen directe relatie hebben met buitengebied. Deze bedrijven vallen onder bestemming "Bedrijf - Bedrijfsdoeleinden". Het gaat om bedrijven in de milieucategorie 1 en 2, zoals opgenomen in de staat van bedrijfsactiviteiten. De oppervlakte van bestaande gebouwen mag met maximaal 10% toenemen. Tussen Schoonebeek en Nieuw-Schoonebeek ligt vanouds een bedrijventerrein waar een metaalbewerkingsbedrijf is gevestigd. Een metaalbewerkingsbedrijf valt onder een zwaardere milieucategorie dan categorie 1 of 2. Dit terrein heeft daarom een nadere aanduiding “Specifieke vorm van bedrijf - Metaalbewerking” gekregen. Dit geldt evenzo voor een bedrijf aan de Europaweg te Schoonebeek. Een bedrijf aan het Verlengde Oosterdiep OZ 77 te Barger-Compascuum dat consumentenvuurwerk opslaat en verwerkt heeft de aanduiding “Specifieke vorm van bedrijf – Vuurwerkopslag” gekregen. De bestemming kent een afwijkingsregeling van het gebruik voor het toestaan van bedrijfsactiviteiten, zoals genoemd in de Staat van bedrijfsactiviteiten of naar aard en omvang als gelijkwaardig aan te merken bedrijfsactiviteiten. Detailhandelsactiviteiten zijn binnen deze bestemming niet toegestaan.

Verspreid over het plangebied komen vijf kwekerijen voor. De gronden van deze bedrijven zijn bestemd als "Bedrijf - Kwekerij 1". Op drie locaties is de bestaande bedrijfswoning toegestaan. Dit is specifiek op de verbeelding aangegeven. De verkoop van alleen ter plaatse gekweekte producten is toegestaan. De bouwmogelijkheden zijn afgestemd op de bestemming. De oppervlakte aan bedrijfsbebouwing mag met 10% toenemen. Per bedrijf mag de gezamenlijke oppervlakte aan teeltondersteunende voorzieningen en/of kassen maximaal 500 m2 bedragen.

Een strook grond tussen het glastuinbouwgebied Erica en de woningen aan de Verlengde Hoogeveensche Vaart is als "Bedrijf - Kwekerij 2" bestemd voor intensieve boomkwekerijen. De bestaande gebruik- en bouwmogelijkheden zijn in het voorliggende bestemmingsplan overgenomen. Met een wijzigingsbevoegdheid kan het terrein nog worden uitgebreid.

In het buitengebied van Emmen bevinden zich een aantal niet-agrarische bedrijven. Deze bedrijven zijn zo specifiek dat ze in een afzonderlijke bestemmingsregeling zijn opgenomen. Het gaat om:

Voor deze activiteiten waren afzonderlijke postzegel-bestemmingsplannen opgesteld of was vrijstelling ex. artikel 19 van de Wet op de ruimtelijke ordening verleend. Bij de strohandel is een opslag van 20 (2x10) ton bestrijdingsmiddelen toegestaan.

In het plangebied bevinden zich drie verkooppunten van motorbrandstoffen met de bestemming "Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen". Twee bedrijven liggen aan de N34. Het andere bedrijf ligt nabij Van der Valk aan de Verlengde Herendijk te Nieuw-Amsterdam. Op één locatie aan de N34 is de verkoop van LPG toegestaan. Dit is op de verbeelding aangegeven.

Ten behoeve van de herontwikkeling van het olieveld Schoonebeek is een installatie gebouwd bestaande uit een oliebehandelingsinstallatie en een warmtekrachtcentrale. Deze installatie is bestemd als "Bedrijf - Mijnbouw 1". De omvang van de installatie is dusdanig dat het een geluidszoneringsplichtige activiteit betreft. De regeling "Bedrijf - Mijnbouw 1" is geheel toegesneden op de bestaande bebouwingsmogelijkheden. Het postzegel-bestemmingsplan dat hiervoor destijds is opgesteld is door opname in het voorliggende bestemmingsplan vervallen. Binnen de gemeente Emmen zijn verder verschillende locaties voor olie- en gaswinning aanwezig. Deze zijn op de verbeelding aangegeven met de bestemming "Bedrijf - Mijnbouw 2". Op 5 oliewinlocaties is het toegestaan om afvalwater in de diepe ondergrond te mogen brengen. Deze locaties zijn op de verbeelding specifiek aangegeven met “specifieke vorm van bedrijf - waterinjectie” toegestaan. Het waterpompstation heeft ook een afzonderlijke aanduiding. Voor alle locaties geldt dat de oppervlakte aan bestaande bedrijfsbebouwing met 25% mag toenemen. Met een afwijking zijn nieuwe gebouwen te realiseren. Met wijziging is de bestemming van de locaties bij bedrijfsbeëindiging om te zetten naar één van de drie gebiedsbestemmingen.

In de nabijheid van de Berkenlaan bevindt zich het Gasontvangststation Schoonebeek N-434 (G.O.S. N-434). Binnen de afstand van 4 meter van de G.O.S. N-434 mogen geen beperkt kwetsbare objecten worden gerealiseerd. Voor kwetsbare objecten dient deze afstand minstens 25 meter te bedragen.

Daarnaast bevindt zich in het plangebied nabij de Verlengde Herendijk een afsluiterlocatie (S-626). Een afsluiter is een essentiële voorziening binnen het grootschalig transport van aardpas per leiding. Ter waarborging van een veilig en bedrijfszeker gastransport en ter beperking van gevaar voor personen en goederen in de directe omgeving van de afsluiterschema, is deze voorziening beveiligd met een hekwerk. Deze locatie is daardoor niet meer voor derden toegankelijk en de gronden kunnen niet anders gebruikt worden dan voor de afsluiterschema.

Het G.O.S. N-434 en de afsluiterlocatie S-626 zijn op de verbeelding aangegeven met de bestemming "Bedrijf - Gasontvangststation en afsluiterlocaties". Deze bestemming is ook op de verbeelding weergegeven voor de NAM-locatie nabij de N34 bij de afslag naar Delftlanden.

In het Valtherbos bij Emmen bevindt zich een locatie waar drinkwater wordt gewonnen. De activiteiten zijn ondergebracht in de bestemming "Bedrijf - Drinkwatervoorziening" voorziening. Er is een bedrijfswoning toegestaan. Het gehele terrein is onder deze bestemming begrepen. Alle voorzieningen ten behoeve van de winning en bereiding van drinkwater zijn toegestaan.

De rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) aan Dikkewijk te Emmen is bestemd als "Bedrijf - Waterzuiveringsinstallatie 1". Alle voorzieningen ten behoeve van de zuivering van rioolwater zijn toegestaan. De omvang de rioolwaterzuivering is dusdanig dat er sprake is van een geluidszoneringsplichtige inrichting. Daarnaast bevindt zich op dit terrein de zogenaamde Waterfabriek. Hier wordt het effluent van de rwzi zodanig gezuiverd dat het geschikt is om er stoom van te maken ten behoeve van de oliewinning te Schoonebeek. Het maken van stoom vindt plaats in een installatie op de gronden met de bestemming "Bedrijf - Mijnbouw 1". De locaties van de voormalige rioolwaterzuiveringsinstallaties van het Waterschap te Emmer-Compascuum, Nieuw-Amsterdam en Zwartemeer zijn bestemd als "Bedrijf - Waterzuiveringsinstallatie 2". Op deze locaties wordt het rioolwater niet actief gezuiverd maar kan nog wel rioolwater opgeslagen en getransporteerd worden. Voorzieningen ten behoeve van deze activiteiten zijn toegestaan.

6.5.3.3 Bos

De bossen die niet behoren tot de Ecologische Hoofdstructuur zijn ondergebracht in de bestemming "Bos". Deze bossen hebben nadrukkelijk ook een functie ten behoeve van de houtproductie. Extensief recreatief medegebruik maakt deel uit van de bestemmingsomschrijving. Dit geldt ook voor de bestaande fiets- en voetpaden. Nieuwe gebouwen mogen niet worden opgericht. Voor de o.a. de aanleg van nieuwe fietspaden is voorzien in een omgevingsvergunning. Op drie locaties is het gebruik van de gronden ten behoeve van het trainen van honden toegestaan. Ten behoeve van deze activiteit mogen geen gebouwen worden opgericht.

In het plangebied ligt één landgoed. Het betreft het “Landgoed Rolfers" aan het Oosterdiep WZ te Emmer-Compascuum". Op het landgoed is een hoofdgebouw toegestaan. De locatie waar het hoofdgebouw is toegestaan is op de verbeelding aangegeven. Binnen het hoofdgebouw zijn twee wooneenheden toegestaan. De bestemming "Bos - Landgoed" richt zich op het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschappelijke en natuurlijke waarden.

6.5.3.4 Cultuur en ontspanning

Het betreft de Sauna- en Wellnesscentrum Anholts aan de Europaweg te Schoonebeek met de bestemming "Cultuur en ontspanning - Sauna en Wellness". Alle voorzieningen ten behoeve van de uitoefening van een sauna en wellness centrum zijn toegestaan. Binnen de bestemming is een horecafunctie ten behoeve van de bestemming toegestaan. Gebouwen moeten binnen de op de verbeelding aangeven bouwvlakken worden gebouwd. Er is één bedrijfswoning toegestaan op een specifiek aangeduide locatie toegestaan. Deze woning kan eventueel opgedeeld worden in twee wooneenheden.

6.5.3.5 Detailhandel

In het buitengebied komt nauwelijks detailhandel voor. Tuincentra zijn gelet op hun detailhandelsactiviteiten apart bestemd als "Detailhandel - Tuincentrum". Bij een tuincentrum mogen alle tuinbenodigdheden worden verkocht. Bij een tuincentrum is één bedrijfswoning toegestaan. Per bedrijf mag de gezamenlijke oppervlakte aan teeltondersteunende voorzieningen en/of kassen maximaal 500 m2 bedragen. De oppervlakte aan bedrijfsbebouwing mag met 10% toenemen.

Op drie locaties in het buitengebied zijn de detailhandelsactiviteiten dusdanig dat een bestemming "Detailhandel - Overig" op zijn plaats is. De producten die de bedrijven verkopen verschillen van elkaar en zijn specifiek per locatie geregeld. Het bedrijf aan de Emmerweg te Emmen (systeembouw de Boer) heeft zich toegelegd op de verkoop- en productie van houtbouwsystemen zoals tuinhuisjes, paardenboxen ed). Voor dit bedrijf is aangegeven waar de uitstalling van tuinhuisjes aan de straatzijde mag plaatsvinden. Aan het Dommerskanaal te Nieuw-Amsterdam is een smederij gevestigd met productie en verkoop van tuinhekken. In Nieuw-Dordrecht is een handelsonderneming in tuinmachines gevestigd. Voor al deze locaties geldt dat de oppervlakte aan bedrijfsbebouwing met 10% mag toenemen.

6.5.3.6 Groen

Deze bestemming "Groen" is gegeven aan gronden, zoals overhoeken bij wegen, stroken met een beplanting die meer betekenis hebben dan bijvoorbeeld de gebruikelijke bermbeplanting en stroken bij agrarische bedrijfsbestemmingen die in het kader van de landschappelijke inpassing van deze bedrijven zijn- of dienen te worden aangelegd. Op de gronden mogen geen gebouwen worden gerealiseerd.

6.5.3.7 Horeca

De in het plangebied aanwezige cafés en restaurants vallen onder de bestemming "Horeca - Categorie 3". Het gaat om de volgende horecabedrijven:

  • Nieuw-Schoonebeek – Europaweg 244a
  • Nieuw-Schoonebeek – Europaweg 193
  • Nieuw-Schoonebeek – Europaweg 88
  • Schoonebeek – Europaweg 40

Voor deze locaties geldt dat ook horeca-activiteiten uit de categorieën 1 en 2 zijn toegestaan. Gelijk aan de bedrijfsbestemmingen is in het aangegeven bestemmingsvlak enige ontwikkelingsruimte aanwezig. De bedrijfsbebouwing mag met ten hoogste 10% worden uitgebreid.

Binnen het plangebied ligt één Hotel (van de Valk) met een bijpassende "Horeca - Categorie 5" bestemming: Nieuw-Amsterdam - Verlengde Herendijk. De bestaande ontwikkelingsmogelijkheden van dit horecabedrijf zijn in het plan opgenomen. De bestaande gebouwen mogen bij recht met 10% worden uitgebreid. Alhier is nog een mogelijkheid om via planwijziging het bestaande gebouw grootschaliger uit te breiden. Het gebied waar de uitbreiding mag plaatsvinden is met een Wro-zone aangegeven. Voor deze locatie geldt dat ook horeca-activiteiten uit de categorieën 1, 2 en 3 zijn toegestaan.

Daarnaast is er een bestemmingvlak "Horeca - Categorie 2" aangeduid, waarbinnen de mogelijkheid voor de nieuwbouw van een horecagelegenheid uit de categorie 2 bestaat. Hierbij moet gedacht worden aan een horecabedrijf dat is gericht op het verstrekken van maaltijden voor consumptie met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken zoals restaurants. Deze mogelijkheid is overgenomen uit het bestaande bestemmingsplan.

6.5.3.8 Maatschappelijk

In het plangebied bevinden zich een beperkt aantal maatschappelijke functies. Het betreft het asielzoekerscentrum aan de Wilhelmsweg te Emmen ("Maatschappelijk - Asielzoekerscentrum"), een dagopvang voor ouderen aan de Klazienaveensestraat te Nieuw-Dordrecht, een dagopvang voor gehandicapten aan de Emmerhoutstraat 22 te Weerdinge ("Maatschappelijk - Dagopvang") en een dierenartsenpraktijk aan de Dikkewijk 32/34 te Emmen ("Maatschappelijk - Dierenartspraktijk"). Binnen deze bestemmingen zijn alle activiteiten en bijbehorende voorzieningen ten behoeve van de bestemming toegestaan.

In het plangebied liggen twee begraafplaatsen, één historische aan de Bargerkampenweg te Emmen zonder bebouwing en een begraafplaats met uitvaartcentrum aan de Ellenbeek te Weiteveen. Deze begraafplaatsen, de groenvoorzieningen en de gebouwen ten behoeve van uitvaartdiensten, stalling en onderhoud van de begraafplaats vallen onder de bestemming "Maatschappelijk - Begraafplaats".

6.5.3.9 Natuur

Gronden die in hoofdzaak zijn bebost en deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur zijn ondergebracht in de bestemming "Natuur - Bos". Deze bossen vervullen in hoofdzaak een natuurfunctie.

Beschermde hoogveengebieden (o.a. het Bargerveen) en beekdalen welke zijn aangewezen als Ecologische Hoofdstructuur zijn ondergebracht in de bestemming "Natuur - Veengebieden en Beekdalen". Ook het herstelde veenriviertje de Runde valt onder deze bestemming. Binnen deze bestemmingen is extensief recreatief medegebruik toegestaan.

Bestaande recreatieve functies zoals fiets- en voetpaden maken deel uit van de bestemmingen. In de bestemmingen is een regeling opgenomen voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde. Hiermee kunnen o.a. nieuwe fietspaden een dergelijke worden aangelegd, en kunnen nieuwe sloten worden gegraven. De voorwaarden waaraan getoetst moet worden zijn in de planregels aangegeven. Aan de Kamerlingswijk OZ in Zwartemeer staat een beheersgebouw van Staatsbosbeheer. Aan de Boovenen staat een schuur ten behoeve van opslag en schaapskooi. Deze locaties zijn voorzien van een passende aanduiding.

6.5.3.10 Recreatie

Drie gebieden in het plangebied zijn aangewezen voor "Recreatie - Extensieve dagrecreatie":

  • Een terrein aan de Herendijk te Nieuw-Amsterdam;
  • De stortplaats en naastgelegen strook aan de Schansstraat te Emmen;
  • De recreatieplas Zandpol.

De locaties hebben voornamelijk een functie als uitloopgebied voor omwonenden. In deze gebieden wordt verder gewandeld en gefietst door recreanten. In principe mogen op deze gronden geen gebouwen worden opgericht. De bouw van gebouwen ten behoeve van sanitair, beheer en onderhoud is alleen met een afwijking toegestaan.

Ten behoeve van het trainen van honden en de uitoefening van de hondensport zijn drie locaties bestemd voor "Recreatie - Hondentraining". Per locatie is een bouwvlak aangegeven waar gebouwen ten behoeve van de activiteit zijn toegestaan. Het gaat dan om een clubgebouw en om gebouwen voor opslag van materialen. Deze laatste categorie zijn eventueel met een afwijking toe te kennen aan de bestemmingen.

De twee campings in het plangebied (Panta Rhei te Erica en De Bult te Schoonebeek) vallen onder de bestemming "Recreatie - Verblijfsrecreatie". De terreinen zijn bedoeld voor kampeermiddelen. In tegenstelling tot terreinen die zijn aangeven als kleinschalig kamperen kennen deze terrein geen periode waarbinnen niet gekampeerd mag worden. Alleen gebouwen ten van beheer en onderhoud zijn toegestaan. Chalets, stacaravans en trekkershutten zijn niet toegestaan, behalve wanneer specifiek op de verbeelding aangeduid. Permanente bewoning is niet toegestaan.

6.5.3.11 Sport

In het gebied tussen Nieuw-Weerdinge en Emmer-Erfscheidenveen bevindt zich het Geluidsportcentrum Pottendijk met de bestemming "Sport - Geluidsportcentrum". Het Geluidsportcentrum wordt in hoofdzaak ontsloten via N391. De aard en omvang de activiteiten (test-track, schietsport, motorcross en karten) is dusdanig dat voor het Geluidsportcentrum een geluidscontour van 50 dB(A) geldt. De gemiddelde hoeveelheid geluid van de activiteiten op het Geluidsportcentrum mag deze norm niet overschrijden. Met de huidige activiteiten is de geluidsruimte nagenoeg ingevuld. Het bestemmingsplan voorziet dan ook niet in een andere invulling dan de bestaande vergunde activiteiten. Het voorliggende bestemmingsplan bevat wel een wijzigingsmogelijkheid binnen een aangeduide Wro-zone voor de aanleg van een parkeerterrein. Om aan de geluidsnormen te kunnen voldoen zijn op het terrein geluidswallen aangelegd. Op de verbeelding zijn deze wallen specifiek aangegeven. In de planregels is voorzien in een instandhoudingsplicht van de geluidswallen.

Dat de paardensport populair is mag blijken uit het feit dat in het plangebied vier locaties met de bestemming "Sport - Manege" liggen: in Emmen (Manege De Eekwal), Schoonebeek (Eikenhoeve), Veenoord (Manege Kuiper) en in Zwartemeer (Grensland Stallen). De regeling voor de afzonderlijke bedrijven is afgestemd op de huidige omvang. Bij Manege De Eekwal is een deel van de gebouwen ingericht als recreatieve groepsaccommodatie. Dit is op de verbeelding specifiek aangegeven.

Het zwembad te Weiteveen is opgenomen in de bestemming "Sport - Zwembad". De regeling is toegesneden op de bestaande situatie.

6.5.3.12 Verkeer

Onder de verkeersbestemming zijn de openbare wegen in het buitengebied gebracht. Het zijn wegen waar de doorgaande verkeersfunctie voorop staat. Duikers en dammen vallen ook onder deze bestemming, evenals bermsloten, bermen, beplanting, en bijbehorende groenvoorzieningen. Bruggen en viaducten zijn afzonderlijk op de verbeelding aangegeven. De auto(snel)weggen N34, A37 en N391 vallen onder de bestemming "Verkeer - Auto(snel)weg". De overige openbare wegen in het plangebied vallen onder de bestemming "Verkeer - Weg". Aan de verschillende wegen is een dwarsprofiel gekoppeld. De dwarsprofielen geven de inrichting weer van de verschillende wegen in het plangebied. In de planregels is voor beide bestemmingen vastgelegd dat het aantal rijstroken van wegen niet mag worden vergroot indien dit een verhoging van het aantal gehinderden tot gevolg heeft, dan wel de voorkeurgrenswaarde of een hogere verkregen grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder hierdoor wordt overschreden.

In de omgeving van Schoonebeek liggen een aantal zogenaamde “NAM-wegen". Deze wegen hebben geen openbare functie maar dienen alleen als ontsluitingsweg voor de winlocaties. De NAM-wegen zijn op de verbeelding binnen de gebiedsbestemming "Agrarisch met waarden - Kleinschalige Veenontginningen" nader aangeduid. Ook vrijliggende fiets en voetpaden in het plangebied (fiets- en voetpaden die niet parallel aan een weg lopen) vallen onder de gebiedsbestemmingen. Het aanleggen of verharden van wegen is omgevingsvergunningplichtig.

Nabij Emmer-Erfscheidenveen bevindt zich de enige Helihaven in de gemeente Emmen. Er bevindt zich een loods voor onderhoud en één bedrijfswoning. Op de helihaven is de luchthavenregeling van toepassing. De helihaven kent de bestemming "Verkeer - Helihaven".

De spoorlijn Emmen – Zwolle is bestemd als "Verkeer - Spoorweg". Hoewel niet meer in gebruik, is het NAM spoorlijntje - voor zover nog aanwezig - ook bestemd als “Verkeer – Spoorweg”. Binnen de bestemming is een regeling opgenomen om gebouwen of andere bouwwerken ten behoeve van spoorwegdoeleinden te realiseren. In de planregels is vastgelegd dat het spoor niet mag worden verbreed indien dit een verhoging van het aantal gehinderden tot gevolg heeft, dan wel de voorkeurgrenswaarde of een hogere verkregen grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder hierdoor wordt overschreden.

6.5.3.13 Water

De belangrijkste waterpartijen en waterlopen (kanalen en vaarten), voor zover geen natuur (EHS), zijn bestemd als "Water". Oeverstroken, kaden en dijken vallen ook onder deze bestemming. Recreatief medegebruik is toegestaan. Binnen deze bestemming, alsmede aansluitende gronden, is het niet toegestaan aanleg-gelegenheden of permanente ligplaatsen voor woonschepen te creëren. Vanuit landschappelijk oogpunt en gezien het recreatief gebruik van de wateren is dit niet wenselijk. De bestemming is mede gericht op het behoud van de natuurlijke en landschappelijke waarden. Ook de waterbouwkundige elementen in het buitengebied zoals bruggen en sluizen zijn op de verbeelding aangegeven. De bestemming “Water” omvat hoofdzakelijk hoofdwatergangen. Kleinere waterlopen zoals sloten voor de afwatering vallen in principe onder de gebiedsbestemmingen, natuur- of verkeersbestemmingen.

6.5.3.14 Wonen

De bestemming "Wonen” heeft betrekking op de bestaande woonhuizen met hun aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen. Bijbehorende tuinen, erven en terreinen zijn ook onder deze bestemming gebracht. Het bestemmingsplan voorziet niet in de toevoeging van woningen. Op een beperkt aantal locaties zijn in oude bestemmingsplan nog niet gerealiseerde woonbestemmingen wel over genomen. Deze locaties zijn specifiek aangeduid. De woonfunctie kan gecombineerd worden met een aan huis verbonden beroep: een (vrij) beroep dat in of bij een woonhuis kan worden uitgeoefend en dat is gericht op het verlenen van diensten, waarbij de woonfunctie in ruimtelijke zin en visuele zin primair blijft. De vestiging van een aan huis verbonden beroep zal, naast de bepalingen in de regels, tevens moeten voldoen aan een aantal criteria. Ook is een Bed en Breakfast onder voorwaarden toegestaan. De regeling met criteria is opgenomen in de algemene afwijkingsregels (artikel 76).

Een aantal woningen herbergt naast de functie wonen een andere functie. Deze andere functies zijn specifiek op de verbeelding aangegeven. In de bouwregels zijn, voor zover van toepassing, ten behoeve van andere toegestane functies afwijkingsmogelijkheden opgenomen. De woning en bijbehorende bouwwerken moeten in het bouwvlak worden geplaatst. De woning moet daarnaast in de op de verbeelding aangegeven gevellijn worden gebouwd. Er is gekozen voor een ruim bouwvlak waarbinnen de bebouwing mag worden geplaatst. Voor noodzakelijke voorzieningen in het licht van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is op grond van- en vertoon van een medische indicatie 30 m2 extra bebouwing mogelijk.

Binnen de bestemming "Wonen - Twee aan een" zijn twee-onder-één-kap woningen toegestaan. De gezamenlijke oppervlakte van de woning en bijhorende bouwwerken bedraagt maximaal 150 m2. Binnen de bestemming "Wonen - Vrijstaand" is binnen het bouwvlak een vrijstaande woning toegestaan. De gezamenlijke oppervlakte van de woning en bijhorende bouwwerken is maximaal 250 m2.

Voormalige boerderijen met een woonbestemming zijn onder de bestemming "Wonen - Voormalige agrarische bebouwing" gebracht. Voormalige boerderijen hebben veelal een grote oppervlakte aan bebouwing (voormalige stallen, loodsen, kapschuren). Daarom is voorzien in een speciale bouwregeling. Het hoofdgebouw (de woning) heeft een oppervlakte van maximaal 150 m2 dan wel de bestaande oppervlakte. Bij het hoofdgebouw is bij recht 100 m2 aan bijbehorende bouwwerken (bijgebouwen) opgenomen. Aan voormalige bedrijfsgebouwen (excl. bedrijfswoning) is maximaal 500 m2 toegestaan. Indien reeds 500 m2 of meer aan voormalige bedrijfsgebouwen aanwezig zijn, per bouwvlak een eenmalige vervangende bouw- of verbouw van voormalige agrarische bedrijfsgebouwen toegestaan. Hierbij geldt als voorwaarde dat er sprake van verbetering van de ruimtelijke kwaliteit ter plaatse en dat van de oppervlakte aan voormalige bedrijfsgebouwen boven de 500 m2 maximaal 20% mag worden herbouwd.

De voormalige boerderij-locaties lenen zich veelal prima voor het opdelen in twee wooneenheden of andere hergebruikfuncties, zoals vormen van bedrijvigheid in een lichte milieucategorie. Bedrijfsactiviteiten uit de milieucategorie 1 en 2 zijn onder voorwaarden toegestaan. Indien er zich wederom een agrarisch in een voormalige boerderij wil vestigen kan de bestemming onder voorwaarden weer worden gewijzigd in een agrarische bedrijfsbestemming conform "Agrarisch - Grondgebonden 1" of "Agrarisch - Paardenhouderij 1". Ook kan de bestemming onder voorwaarden worden gewijzigd in een bedrijfsfunctie in een lichte milieucategorie of functie ten behoeve of de opslag en/of stallen van goederen. De opslag moet binnen plaatsvinden. In alle gevallen moet de woonfunctie gehandhaafd blijven en ten dienste staan van de andere activiteiten.

De Wilms Boo te Nieuw-Schoonebeek is voorzien van een passende bestemming "Wonen - Wilms Boo". In combinatie de woonfunctie zijn meerdere nevenactiviteiten toegestaan: erfgoed logies, kleinschalige bijeenkomsten, atelier en museum.

6.5.4 Dubbelbestemmingen
6.5.4.1 Leiding

De bestaande boven- en/of ondergrondse infield-leidingen ten behoeve van de oliewinning in de omgeving van Schoonebeek vallen onder de dubbelbestemming "Leiding - NAM leiding (boven- en ondergronds)". Dit kunnen zowel onder- als bovengrondse leidingen betreffen. Het bestemmingsplan kan gewijzigd worden voor de vergroting, verkleining of verwijdering van de bestaande tracés van de infield-leidingen.

De ondergrondse (hoofd)aardgastransportleidingen met belemmeringsstroken vallen onder de dubbelbestemming "Leiding - Gas". De leidingen ten behoeve van aardgaswinning zijn ook onder deze bestemming gebracht. Het bestemmingsplan kan gewijzigd worden voor de vergroting, verkleining of verwijdering van de dubbelbestemming. Daarbij wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de leidingbeheerder. In de planregels is een onderscheid gemaakt tussen ondergrondse hoogspanningsleidingen 110 kV ("Leiding - Hoogspanning") en de bovengrondse hoogspanningsverbindingen van respectievelijke 110 kV ("Leiding - Hoogspanningsverbinding 2”) en 380 kV ("Leiding - Hoogspanningsverbinding 1"). De dubbelbestemming ligt op een strook aan weerszijden van de (hoofd)gastransportleidingen en hoogspanningsleidingen en hoogspanningsverbindingen. De regeling voorziet in de aanwezigheid van de leidingen en in de bescherming ervan. Binnen de in de planregels aangegeven strook mogen geen gebouwen en bouwwerken worden gebouwd, anders dan ten behoeve van de leidingen. Voor werkzaamheden die schadelijk kunnen zijn voor de leidingen is een omgevingsvergunningstelsel voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden opgenomen.

Bij de hoogspanningsleidingen is rekening gehouden met de richtlijnen van het Rijk ten aanzien van veiligheidsafstanden. In principe moet de zakelijk rechtstrook worden aangehouden. Deze zone bepaalt de omvang de bestemming. In verband met gezondheidsrisico's vanwege magneetvelden geldt een adviesnorm. De omvang van de zone wordt bepaald door de hoeveelheid stroom die door de leidingen wordt getransporteerd. Omdat de hoeveelheid stroom niet vastligt, ligt de omvang van de zone dus ook niet vast. Deze indicatieve zone is dan ook niet op de verbeelding vastgelegd.

6.5.4.2 Waarde

Omdat de Rijksmonumenten al uitputtend zijn beschermd via het wettelijke stelsel van de Monumentenwet (zie artikel 11 MW) zijn in dit bestemmingsplan geen aanvullende regels opgenomen. Een zone van 50 meter rondom het wettelijk beschermde gebied is bestempeld tot gebied met hoge archeologische verwachting ("Waarde - Archeologie 2").

"Waarde - Archeologie 1" zijn terreinen met als behoudenswaardig gekwalificeerde archeologische resten. Deze terreinen zijn door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en de provincies samengesteld en op de Archeologische Monumentenkaart (AMK) opgenomen. Emmen heeft in totaal 96 AMK terreinen (waaronder de 37 beschermde monumenten), overwegend gelegen op de Hondsrug. Het uitgangspunt is om de aanwezige archeologische resten zoveel mogelijk in de bodem te behouden.

Voor "Waarde - Archeologie 1" is een minimumoppervlak voor bodemverstoringen opgenomen van 0 m² en een diepte van 30 cm onder maaiveld. Dit betreft alle AMK-terreinen met uitzondering van de historische kernen.

Onder "Waarde - Archeologie 2" vallen terreinen met hoge archeologische verwachting. Dit betreft in dit bestemmingsplan de buffers van 50 meter rondom de AMK-terreinen. Gelet op de omvang van eventuele aanwezige sporen en structuren, hebben beperkte bodemingrepen een aanvaardbare invloed op het bodemarchief. Het plan hanteert hier een vrijstellingsgrens van 100 m2 en 30 cm diepte.

Bij terreinen met een agrarische bestemming geldt een vrijstelling van de onderzoeksplicht voor niet-bodemkerende werkzaamheden ten behoeve van het oplossen van een verdichte bodemstructuur (niet-kerend woelen) tot maximaal 10 centimeter onder de bouwvoor, de zogenaamde woellaag. Algemeen aanvaard is een bouwvoordiepte van 30 cm (30 cm +10 cm principe).

"Waarde - Archeologie 3" en "Waarde - Archeologie 4" zijn gebieden waar op basis van de geologische en bodemkundige opbouw en reeds aangetroffen archeologische resten een (middel)hoge kans op het aantreffen van (intacte) archeologische vindplaatsen bestaat. Deze zones worden gekenmerkt door een - al dan niet verscholen onder het huidige maaiveld - redelijk gaaf landschap met dekzandruggen en dekzandkoppen. Van concrete vindplaatsen is hier echter vooralsnog geen sprake. In hoofdzaak geldt een grote trefkans op nederzettingen, grafvelden, losse boerderijen, wegen, dijken, linies, kleine jachtkampen en losse vondsten uit alle perioden. In Emmen zijn dit globaal het gedeelte op de Hondsrug, de beekdalen en de delen van het veengebied dat niet tot in de ondergrond zijn ontgonnen.

Voor deze categorieën is een minimumoppervlak voor bodemverstoringen opgenomen van 1000 m² en een diepte van 30 cm onder maaiveld. Bij terreinen met een agrarische bestemming geldt een vrijstelling van de onderzoeksplicht voor niet-bodemkerende werkzaamheden ten behoeve van het oplossen van een verdichte bodemstructuur (niet-kerend woelen) tot maximaal 10 centimeter onder de bouwvoor, de zogenaamde woellaag. Algemeen aanvaard is een bouwvoordiepte van 30 cm (30 cm +10 cm principe). Voor het normaal agrarische gebruik van de gronden geldt geen enkele vergunning of onderzoeksverplichting.

"Waarde - Archeologie 3" is apart opgenomen omdat dit terreinen zijn waar naast bovenstaande bepalingen een drainageverbod geldt. Hiervoor is gekozen vanwege de aanwezigheid van essen/plaggendekken, zoals aangegeven op de bodemkaart.