direct naar inhoud van Artikel 27 Bedrijf - Mijnbouw 2
Plan: Buitengebied Emmen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009072-0710

Artikel 27 Bedrijf - Mijnbouw 2

27.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Bedrijf - Mijnbouw 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. voorzieningen ten behoeve van de winning en/of distributie van olie en/of aardgas inclusief bijbehorende wegen en technische installaties;
  • b. de vestiging van geluidszoneringsplichtige inrichtingen is niet toegestaan;
  • c. bedrijfsgebouwen;
  • d. en installaties ten behoeve van de distributie van afvalwater ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - waterpompstation";
  • e. en injectie van afvalwater ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - waterinjectie";

met de daarbij behorende:

  • f. andere bouwwerken;
  • g. toegangswegen in- en uitritten;
  • h. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen;

27.2 Bouwregels
27.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bestaande gezamenlijke oppervlakte van gebouwen mag met maximaal 25% worden uitgebreid;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 8 meter bedragen, danwel ten hoogste de bestaande bouwhoogte;
  • d. de goothoogte van gebouwen mag maximaal 3,5 meter bedragen, danwel ten hoogste de bestaande goothoogte;
27.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf-en terreinafscheidingen mag maximaal 2,40 meter bedragen;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de andere bouwwerken per terrein bedraagt ten hoogste 50 m2;
  • c. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag maximaal 25 meter bedragen;

27.3 Nadere eisen
27.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.

27.4 Afwijken van de bouwregels
27.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 27.2.1 onder a en toestaan dat er een gebouw wordt gerealiseerd buiten het bouwvlak, waarbij de volgende bepalingen gelden:
    • 1. de oppervlakte van de bebouwing bedraagt maximaal 50 m2
    • 2. de hoogte van de bebouwing bedraagt maximaal 3,5 m
    • 3. de bedrijfseconomische noodzaak is aangetoond;
    • 4. de verruiming is noodzakelijk voor voor de inrichting van het terrein;
27.4.2 Afweging
  • a. De toepassing van de in artikel 27.4.1 genoemde afwijkingen is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast;
  • b. In de afweging omtrent verlening van afwijking dient in ieder geval rekening worden gehouden met belangen uit agrarisch-, ruimtelijk-, landschappelijk-, cultuurhistorisch, verkeerstechnisch-, milieuhygiënisch, archeologisch- en ecologisch oogpunt, het functioneren van het watersysteem, de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, mogelijke onevenredige aantasting van de leefbaarheid en gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
  • c. De aspecten stedenbouwkundige structuur, landschap en cultuurhistorie worden beschreven in Bijlage 2 van de planregels "De Gemeente Emmen in het perspectief van het landschap". Deze bijlage wordt betrokken bij de onder b genoemde afweging voor wat betreft de aspecten stedenbouw, landschap en cultuurhistorie;
  • d. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de afwijking niet verleend.
  • e. Voorzover voor meerdere activiteiten een afwijking benodigd is en deze in één plan zijn ondergebracht, worden deze in zijn geheel in de beoordeling betrokken;

27.5 Wijzigingsbevoegdheid
27.5.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouder zijn bevoegd op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen:

27.5.2 Afweging
  • a. De wijziging dient het functioneren van omliggende bestemmingen niet aan te tasten.
  • b. In de afweging omtrent toepassing van de in 27.5.1 opgenomen wijzigingsbevoegdheden worden in ieder geval de volgende aspecten betrokken: de woonsituatie, de stedenbouwkundige structuur, het landschap, archeologie, cultuurhistorie, verkeersveiligheid, (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, natuur, het functioneren van het watersysteem en de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
  • c. De aspecten stedenbouwkundige structuur, landschap en cultuurhistorie worden beschreven in Bijlage 2 van de planregels "De Gemeente Emmen in het perspectief van het landschap". Deze bijlage wordt betrokken bij de onder b genoemde afweging voor wat betreft de aspecten stedenbouw, landschap en cultuurhistorie;
  • d. Voorzover voor meerdere activiteiten een wijziging benodigd is en deze in één plan zijn ondergebracht, worden deze in zijn geheel in de beoordeling betrokken;
  • e. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad kan de functiewijziging niet plaatsvinden.