direct naar inhoud van Artikel 59 Water
Plan: Buitengebied Emmen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009072-0710

Artikel 59 Water

59.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water;
  • b. behoud en herstel van de landschappelijke en natuurlijke waarden;
  • c. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • d. oevers en beplanting;
  • e. erftoegangswegen, dammen en taluds;
  • f. voorzieningen ten behoeve van de bediening van kunstwerken;
  • g. en een sluis ter plaatse van de specifieke aanduiding "sluis";
  • h. en een brug ter plaatse van de specifieke aanduiding "brug";

met de bijbehorende:

  • i. andere bouwwerken;
  • j. overige kunstwerken en waterwerken;
  • k. nutsvoorzieningen.

59.2 Bouwregels
59.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd;
59.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. op of in deze gronden mogen andere bouwwerken worden opgericht, mits deze de waterhuishouding niet belemmeren;
  • b. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag maximaal 3 meter bedragen en maximaal 15m2 bedragen;
  • c. de bouwhoogte van terreinafscheidingen gelegen mag maximaal 1 meter bedragen;
  • d. ter plaatse van de aanduidingen "sluis" en "brug" geldt dat de bestaande oppervlakte en hoogte gehandhaafd dienen te blijven;

59.3 Nadere eisen
59.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.

59.4 Afwijken van de bouwregels
59.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 59.2.1 onder a en toestaan dat gebouwen ten behoeve van beheer en onderhoud worden gerealiseerd, waarbij de volgende bepalingen gelden;
    • 1. de oppervlakte van een gebouw bedraagt maximaal 50 m2;
    • 2. de hoogte van een gebouw bedraagt maximaal 3,5 m.
  • b. artikel 59.2.1 onder a en toestaan dat gebouwen ten behoeve van de bediening van kunstwerken worden gerealiseerd, waarbij de volgende bepalingen gelden;
    • 1. de oppervlakte van een gebouw bedraagt maximaal 30 m2;
    • 2. de hoogte van een gebouw bedraagt maximaal 5 m.
  • c. artikel 59.2.2 onder c en toestaan dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen langs de openbare weg maximaal 2 meter mag bedragen;
59.4.2 Afweging
  • a. De toepassing van de in artikel 59.4.1 genoemde afwijkingen is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast;
  • b. In de afweging omtrent verlening van afwijking dient in ieder geval rekening worden gehouden met belangen uit agrarisch-, ruimtelijk-, landschappelijk-, cultuurhistorisch, verkeerstechnisch-, milieuhygiënisch, archeologisch- en ecologisch oogpunt, het functioneren van het watersysteem, de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, mogelijke onevenredige aantasting van de leefbaarheid en gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
  • c. De aspecten stedenbouwkundige structuur, landschap en cultuurhistorie worden beschreven in Bijlage 2 van de planregels "De Gemeente Emmen in het perspectief van het landschap". Deze bijlage wordt betrokken bij de onder b genoemde afweging voor wat betreft de aspecten stedenbouw, landschap en cultuurhistorie;
  • d. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de afwijking niet verleend.
  • e. Voorzover voor meerdere activiteiten een afwijking benodigd is en deze in één plan zijn ondergebracht, worden deze in zijn geheel in de beoordeling betrokken;

59.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en water als permanente ligplaats voor woonschepen zoals bedoeld in de plaatselijke woonschepen verordening en de provinciale omgevingsverordening;
  • b. het realiseren van aanlegsteigers en/of ligplaatsen.

59.6 Wijzigingsbevoegdheid
59.6.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouder zijn bevoegd op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen:

  • a. voor de realisatie van sluizen, bruggen, viaducten of tunnels, waarbij de volgende bepalingen gelden;
    • 1. de verkeerstechnische noodzaak is aangetoond;
    • 2. de uitbreiding is passend binnen de stedenbouwkundige- en landschappelijke structuur;
    • 3. voldaan wordt aan milieu- en externe veiligheidswetgeving;
    • 4. er is geen sprake van onevenredige aantasting van gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
59.6.2 Afweging
  • a. De wijziging dient het functioneren van omliggende bestemmingen niet aan te tasten.
  • b. In de afweging omtrent toepassing van de in 59.6.1 opgenomen wijzigingsbevoegdheden worden in ieder geval de volgende aspecten betrokken: de woonsituatie, de stedenbouwkundige structuur, het landschap, archeologie, cultuurhistorie, verkeersveiligheid, (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, natuur, het functioneren van het watersysteem en de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
  • c. De aspecten stedenbouwkundige structuur, landschap en cultuurhistorie worden beschreven in Bijlage 2 van de planregels "De Gemeente Emmen in het perspectief van het landschap". Deze bijlage wordt betrokken bij de onder b genoemde afweging voor wat betreft de aspecten stedenbouw, landschap en cultuurhistorie;
  • d. Voorzover voor meerdere activiteiten een wijziging benodigd is en deze in één plan zijn ondergebracht, worden deze in zijn geheel in de beoordeling betrokken;
  • e. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad kan de functiewijziging niet plaatsvinden.