direct naar inhoud van 3.1 Archeologie
Plan: Landgoed Scholtenszathe, Scholtenskanaal OZ 72
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010031-0701

3.1 Archeologie

3.1.1 Algemeen

Per 1 september 2007 is de Monumentenwet 1988 gewijzigd ter uitvoering van het verdrag van Malta. Het verdrag vraagt om bescherming van het archeologisch bodemarchief tegen bodemverstoringen als gevolg van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. De Monumentenwet verplicht gemeenten om bij het opstellen van nieuwe planologische regelingen rekening te houden met de te verwachten en de aanwezige archeologische waarden. Behoud van die waarden is het uitgangspunt.
Door de provincie Drenthe is nieuw aanvullend archeologiebeleid opgesteld. Op grond van dit beleid is geen archeologisch onderzoek vereist voor projecten waarbij minder dan 500m2 grond wordt verstoord en daarbij de volgende uitgangspunten worden gehanteerd:

  • het gaat om het totaal aan te verstoren bodemoppervlak binnen een plangebied of bouwblok van een samenhangend project dat niet opgedeeld kan worden in deeluitwerkingen;
  • de vrijstelling geldt voor gebieden met een lage (alleen beekdalen), middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde, zoals aangegeven op de IKAW, tenzij binnen een afstand van 50 meter een AMK-terrein aanwezig is;
  • de vrijstelling niet geldt voor bekende vindplaatsen die op de AMK van Drenthe staat aangegeven; uitzondering hierop zijn de historische kernen die op de AMK staan aangegeven als 'terrein van hoge archeologische waarde'. Voor deze terreinen is een vrijstelling van 70 meterĀ² mogelijk.

Archeologisch onderzoek is niet vereist als het gaat om herbouw van een bouwwerk met dezelfde maatvoering als het oorspronkelijke bouwwerk, dat wil zeggen dat de funderingen dezelfde horizontale en verticale afmetingen hebben of wanneer werkzaamheden vergunningvrij kunnen worden uitgevoerd. Indien de provinciale ontheffingsbevoegdheid niet van toepassing is op de voorgenomen bodemverstoring moet door de veroorzaker een inventariserend archeologisch veldonderzoek wordt uitgevoerd. Dit onderzoek kan aangeven of het gebied vrij van archeologie is of dat er waarden zijn waar rekening mee dient worden gehouden. Totdat de Gemeente Emmen zelf onderbouwd archeologiebeleid heeft vastgesteld, is het provinciaal beleid van toepassing en verwoord in de regels.

Op de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) is de locatie gelegen binnen een gebied met een middelhoge archeologische trefkans. Op basis hiervan dient in principe wel archeologisch inventariserend onderzoek uitgevoerd te worden. In het bodemonderzoek (zie subparagraaf 3.4.1) van Sigma Bouw is aangegeven dat de onderzoekslocatie rond 2005 bouwrijp is gemaakt en dat de grond tot 2,5 m onder maaiveld ontgraven en er geel zand is teruggebracht. Dit wordt bevestigd door de verrichte grondboringen. Gezien de verstoorde ondergrond is het uitvoeren van archeologisch onderzoek niet zinvol.