direct naar inhoud van 3.5 Milieu
Plan: Emmen, Emmermeer Aireydorp fase 3
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2012023-0702

3.5 Milieu

3.5.1 Bedrijven en milieuzonering

Vanuit milieuhygiënisch oogpunt vergt de bedrijvigheid in het plangebied een goede afstemming met de andere, in de omgeving aanwezige functies. Het plangebied kent alleen woonfuncties, het is geenzins de bedoeling dat binnen deze woonfunctie bedrijven worden opgericht of in werken zijn, met uitzondering van de toegestane beroep aan huis functies.

3.5.2 Vormvrije m.e.r.

In voorliggend bestemmingsplan Emmen, Emmermeer Aireydorp fase 3 komen geen activiteiten voor die voorkomen op de D-lijst van het Besluit m.e.r.. Vanwege de afwezigheid van die activiteit(en) hoeft geen vormvrije m.e.r. -beoordeling plaats te vinden.

3.5.3 Bodem

In oktober 2011 is een verkennend milieukundig bodemonderzoek uitgevoerd, bijlage 7, voor het gebied gelegen tussen de Valtherzandweg en de Mr. C.L. Kniphorststraat te Emmen. Het onderzochte terrein is circa 9700 m2 groot. In het verleden hebben op de locatie woningen met tuin gestaan. Momenteel ligt het terrein braak.

Op basis van de historische informatie werd voor de locatie geen bodemvervuiling verwacht. Op 12 oktober is een veldwerk uitgevoerd. Tijdens het veldwerk zijn 20 boringen en grondmonsters gedaan en zijn waarnemingen gedaan die kunnen duiden op de mogelijke aanwezigheid van bodemverontreinin, zoals resten baksteen en puin.

De grondmonsters zijn geanalyseerd. Uit de analyse is gebleken dat de matig puinhoudende en brokken baksteen bevattende bovengrond van boring 3 een licht verhoogd gehalte aan lood bevat. In de overige monsters van zowel de zintuigelijke als de zeer zwak tot sterk puin en/of baksteenhoudende boven- en ondergrond zijn voor geen enkele van de onderzochte parameters gehalten boven de achtergrondwaarde gemeten. Op basis van de onderzoeksresultaten zijn conclusies en aanbevelingen gedaan. Deze zijn opgenomen in het onderzoek, bijlage 6. De conclusie is dat de gemeten overschrijding van de achtergrondwaarde dermate gering is dat zij vanuit milieukundig oogpunt geen bezwaar vormt. Vanwege het feit dat regelmatig verhoogde gehalten zware metalen (waaronder lood) aangetroffen worden in de bovengrond. Dit is vaak het gevolg van jarenlange activiteiten op en rond het terrein, waardoor verhoogde gehalten van een groot aantal stoffen zijn ontstaan. Vaak gaan de verhoogde gehalten aan zware metalen samen met de aanwezigheid van puin of baksteen in de bodem. Het hier aangetroffen gehalte moet vermoedelijk in dit licht worden bezien.

Nader onderzoek van de bodem is daarom niet noodzakelijk. Wel is het Besluit bodemkwaliteit bij eventuele graafwerkzaamheden op deze locatie, waarbij grond vrijkomt welke elders zal worden hergebruikt, van toepassing.

3.5.4 Geluid

Regels ten aanzien van geluidhinder zijn vastgelegd in de Wet geluidhinder (Wgh). Het doel van de Wet geluidhinder is tweeledig. Enerzijds de bescherming van het milieu en anderzijds de bescherming van de volksgezondheid. Bepalend is steeds de situering van geluidsbronnen ten opzichte van geluidsgevoelige bestemmingen zoals woningen en scholen. De Wgh gaat uit van zones langs wegen, spoorwegen en industrieterreinen.

Binnen dergelijke zones zijn nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen alleen toegestaan indien de geluidsbelasting op de buitengevel onder of hoogstens gelijk is aan de voorkeursgrenswaarde.

Een omgevingsvergunning verhoging van de voorkeursgrenswaarde is toegestaan indien maatregelen om de geluidsbelasting op de buitengevels te beperken niet mogelijk zijn of onvoldoende helpen en indien aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. In de bestaande situatie zijn er geen toevoegingen van nieuwe geluidsbronnen. Huidige situatie zorgt met name aan de randen van het plangebied voor hoge geluidbelasting t.g.v. wegverkeer, industrielawaai en spoorweglawaai.

Voor de ontwikkeling van het bouwplan Aireydorp fase 3 in de wijk Emmermeer geldt dat de ontwikkeling gelegen is binnen de geluidszone van de Warmeerweg. De overige wegen (Valtherzandweg, R. Schuilingstraat en de Mr. CL. Kniphorststraat) in de nabijheid van het bouwplan betreffen 30 km/h wegen en hebben van rechtswege geen zone.

3.5.4.1 Wegverkeerslawaai

Vanwege de ligging van het plan in de zone van de Warmeerweg is een akoestisch onderzoek opgesteld, bijlage 8.

De geluidsbelasting ten gevolg van de Warmeerweg bedraagt op de maatgevende woning Lden = 35 dB. Daar de geluidsbelasting niet meer bedraagt dan de voorkeursgrenswaarde van 48dB, zijn er met betrekking tot de Warmeerweg geen bouwbeperkingen. De geluidsbelasting ten gevolge van de 30 km/h wegen bedraagt op de maatgevende woning Lden=49 dB. Gelet op deze geluidsbelasting is het plan, ook in het kader van goede ruimtelijke ordening, akoestisch inpasbaar.

3.5.5 Lucht
3.5.5.1 Wettelijk kader luchtkwaliteit

De Wet luchtkwaliteit heeft als doel om de negatieve effecten op de volksgezondheid, als gevolg van te hoge niveaus van luchtverontreiniging tegen te gaan. Anderzijds geeft de wet mogelijkheden voor het creëren van ruimtelijke ontwikkelingen.

De Wet luchtkwaliteit introduceert het onderscheid tussen 'kleine' en 'grote' projecten. Kleine projecten dragen 'niet in betekende mate' (NIBM) bij aan de luchtkwaliteit. Grote projecten zoals bedrijventerreinen of infrastructuur dragen juist wel bij 'in betekende mate' aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. Het begrip 'in betekende mate' doelt op een bepaalde norm van fijn stof en stikstofdioxide welke bij overschrijding een negatief effect hebben op de luchtkwaliteit.

Eveneens een belangrijk onderdeel van het instrumentarium is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Binnen het NSL werken het rijk, de provincies en gemeenten samen om de Europese eisen voor luchtkwaliteit te realiseren.

In de Wet Milieubeheer is indirect een koppeling gelegd met ruimtelijke plannen. Deze koppeling houdt in dat bij het voorbereiden van ruimtelijke plannen, waaronder het bestemmingsplan, de luchtkwaliteit moet worden betrokken in de afwegingen. In de Wet Milieubeheer zijn grenswaarden opgenomen welke het niveau aangeven van de kwaliteit van de buitenlucht dat op een bepaald moment zoveel mogelijk moet zijn bereikt of in stand moet worden gehouden.

Om te vermijden dat er nieuwe situaties ontstaan waarin grenswaarden worden overschreden of bestaande overschrijdingen toenemen, moet bij het opstellen van ruimtelijke plannen getoetst worden aan de grenswaarden. Een eventuele toename of overschrijding van deze waarden kan als consequentie hebben dat bepaalde nieuwe ontwikkelingen niet mogelijk zijn.

3.5.5.2 Algemeen beeld luchtkwaliteit plangebied

De huidige ontwikkeling is geen significante ontwikkeling welke de concentratie van de NOx en fijnstof zal veranderen. De luchtkwaliteit zal derhalve geen belemmering opleveren voor het vaststellen va n het bestemmingsplan.