direct naar inhoud van 3.1 Dorp en landschap
Plan: Bestemmingsplan Weerdinge, Steenbakkerijweg (Ruimte voor Ruimte)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2011010-0701

3.1 Dorp en landschap

Historie

Het plangebied ligt aan de rand van het oude esdorp Weerdinge, op het hoge zuidelijke deel van de Hondsrug. De aanleg van enkele hoeven in de achtste en negende eeuw na Christus markeert vermoedelijk de oorsprong van Weerdinge. Het aantal boerderijen is in de loop der eeuwen langzaam toegenomen. Vanaf de negentiende eeuw zijn de boerderijen ook uitgebreid met losstaande schuren, schaapskooien, stookhutten en bakhuisjes.

Vooral na de Tweede Wereldoorlog nam het aantal burgerwoningen in het dorp toe. Tegelijkertijd kregen door de saneringsprocessen in de landbouw steeds meer boerderijen een woonbestemming.

Huidig ruimtelijk beeld van het dorp

Ondanks een ruilverkaveling en de aanleg van een 380 KV hoogspanningsleiding is de historische ruimtelijke structuur van Weerdinge nog relatief gaaf. Kenmerkend is de aanwezigheid van meerdere ruimten waaraan boerderijen, schuren en woningen liggen, die ogenschijnlijk ordeloos zijn gegroepeerd. De bebouwing is niet aaneengesloten, maar ligt op afstand van elkaar. In sommige delen bepaalt de oudere agrarische bebouwing het dorpsgezicht nog in belangrijke mate. De oudere boerderijen dateren in hoofdzaak uit de negentiende, soms uit de achttiende eeuw, Ondanks aanpassingen en verbouwingen zijn deze boerderijen herkenbare representanten van het 'middenlandsdeel' of 'oud-Drentse' type. De baanderdeuren, die de hoofdingang vormen, zijn zonder uitzondering in het midden van de achtergevels geplaatst. Het overgrote deel van de agrarische bebouwing is met riet gedekt.

Weerdinge telt ook enige kapitale, laat negentiende-eeuwse boerderijen. Zij onderscheiden zich van de oudere boerderijen door hoog opgemetselde voorgevels. Voor het merendeel van de boerderijen en andere panden geldt dat de huiserven van de weg zijn afgescheiden door duidelijke erfscheidingen, veelal (houten) hekwerken.

Tussen de bebouwing komen veel onregelmatig verspreide open ruimten voor, zoals kalverweiden, brinken en grote erfruimtes, waardoor her en der zicht is op het omliggende landschap. Dit laatste wordt mede bevorderd door de structuur van het dorp: de meeste bebouwing ligt aan weerszijden van de bochtige hoofdweg, de Dorpsstraat. De verkaveling is niet volgens een vast, regelmatig patroon. Structuurbepalend zijn ook de opgaande weg- en erfbeplantingen. Deze vormen een ruimtelijk contrast met de open omgeving. Een sterk punt van de beplanting is dat ze ruimte suggereert zonder af te sluiten.

Landschap

Op de topografische kaart van 1900 is te zien dat de gronden in en rond het plangebied in die tijd al individueel waren verkaveld; dit in tegenstelling tot de es aan de westzijde van het dorp en de veldgronden (heide). Ook valt op dat Weerdinge toen aan een spoorweg lag die oostelijk van het plangebied liep. In het landschap is de spoorlijn nog te herkennen aan het geboomte waarmee de spoordijk later begroeid is geraakt. Doordat ook diverse andere bosschages en wegbeplantingen in de omgeving voorkomen, is in het gebied tegenwoordig sprake van een halfopen, coulisseachtig landschap.