direct naar inhoud van Artikel 9 Detailhandel - Tuincentrum
Plan: Emmen, Noordbarge
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010012-0701

Artikel 9 Detailhandel - Tuincentrum

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel - Tuincentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel in de vorm van een tuincentrum;
  • b. opslagruimte ten behoeve van een tuincentrum;
  • c. bedrijfsgebouwen;
  • d. teelt ondersteunende voorzieningen;
  • e. bedrijfswoning;

met bijbehorende;

  • f. andere bouwwerken;
  • g. toegangswegen, in- en uitritten;
  • h. parkeervoorzieningen.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen en kassen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de afstand van een gebouw of kas tot de zijerfscheiding dient minimaal 3 m te bedragen, danwel indien sprake is van een kleinere afstand, de reeds bestaande afstand;
  • c. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding bebouwd oppervlak (m²) staat per bouwvlak het maximale aantal m² aangegeven dat gebouwd mag worden, indien geen maximum is aangegeven mag het bouwvlak volledig bebouwd worden,waarbij bijbehorende bouwwerken ondergeschikt dienen te zijn aan het hoofdgebouw.
9.2.2 Bedrijfsgebouwen en kassen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen en kassen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen mag maximaal 500 m² bedragen, danwel de bestaande oppervlakte;
  • b. de oppervlakte van kassen mag maximaal 1250 m² bedragen, danwel de bestaande oppervlakte;
  • c. de afstand tussen de bedrijfsgebouwen en kassen mag maximaal 20 meter bedragen;
  • d. de bouwhoogte van een bedrijfsgebouw of kas mag niet meer bedragen dan 6 m;
  • e. de goothoogte van een bedrijfsgebouw of kas mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • f. de dakhelling van een bedrijfsgebouw of kas mag niet minder bedragen dan 15 graden.
9.2.3 Bedrijfswoning

Voor het bouwen van een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning toegestaan;
  • b. de voorgevel van de bedrijfswoning dient in de gevellijn te worden opgericht;
  • c. de oppervlakte van bedrijfswoning inclusief bijbehorende bouwwerken mag maximaal 250 m² bedragen, danwel de bestaande oppervlakte indien deze meer bedraagt;
  • d. de bouwhoogte van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 8 m;
  • e. de goothoogte van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • f. de dakhelling van een bedrijfswoning mag niet minder bedragen dan 35 graden;
9.2.4 Bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:

  • a. bijbehorende bouwwerken dienen in oppervlakte ondergeschikt te zijn aan de woning;
  • b. bijbehorende bouwwerken dienen minimaal 3 m achter de gevellijn van de woning te worden opgericht, danwel indien sprake is van een kleinere afstand, de reeds bestaande afstand;
  • c. de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 6 m bedragen;
  • d. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 3 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken binnen 3 m afstand van de perceelsgrens mag maximaal 3,5 m bedragen.
9.2.5 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag maximaal 3 m bedragen met dien verstande dat lichtmasten en vlaggenmasten maximaal 5 m mogen bedragen;
  • b. erf- en terreinafscheiding mogen opgericht worden, mits de bouwhoogte van de erf- en terreinafscheidingen gelegen langs een openbare weg en/ of langs het gedeelte van het zijerf, dat loopt vanaf de openbare weg tot aan de voorgevel van het (hoofd)gebouw, maximaal 1 m bedraagt, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de gevellijn maximaal 2 m mag bedragen.
9.3 Nadere eisen
9.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
9.4 Afwijken van de bouwregels
9.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 9.2.1 onder a en toestaan dat bijbehorende bouwwerken worden gerealiseerd buiten het aangegeven bouwvlak;
  • b. artikel 9.2.2 onder f en toestaan dat wordt afgeweken van de dakhelling;
  • c. artikel 9.2.4 onder b en toestaan dat bijbehorende bouwwerken vanaf de gevellijn mogen worden opgericht;
  • d. artikel 9.2.5 onder b en toestaan dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen langs de openbare weg maximaal 2 m mag bedragen.
9.4.2 Beperking

De toepassing van de in artikel 9.4.1 genoemde afwijkingen is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om een omgevingsvergunning te verlenen worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, het landschap, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de omgevingsvergunning niet verleend. De aspecten straat- en bebouwingsbeeld, landschap en cultuurhistorie worden beschreven in Bijlage 2 van de toelichting 'Onderzoek landschap 'Noordbarge, Het dorp en landschap in historisch perspectief' en weergegeven op de bijbehorende kaarten (Bijlage 3 en Bijlage 4).

9.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het bewonen van vrijstaande bijbehorende bouwwerken;
  • b. het gebruik van niet - geluidsgevoelige objecten als geluidsgevoelige ruimte.