direct naar inhoud van 4.2 Stedenbouwkundige hoofdstructuur
Plan: Nieuw-Amsterdam en Veenoord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009020-0701

4.2 Stedenbouwkundige hoofdstructuur

4.2.1 Ruimtelijke kwaliteit

Ruimtelijke kwaliteit wordt ervaren indien binnen een samenhang van elementen een rijkdom aan indrukken kan worden opgedaan. Kernbegrippen daarbij zijn structuur, identiteit en belevingswaarde.

De ruimtelijke basiskwaliteit bepaalt de ruimtelijke identiteit (herkenbaarheid) van woon- en verblijfsgebieden als gevolg van specifieke ruimtelijke karakteristieken. Ruimtelijke karakteristieken zijn onder andere; karakteristieke stedenbouwkundige structuren, bebouwingstypologieen, verschijningsvorm bebouwing. Het samenspel van verschillende gebieden met hun eigen ruimtelijke identiteit bepalen de identiteit van een kern.

Karakter van Nieuw-Amsterdam - Veenoord
De karakteristieken van Nieuw Amsterdam - Veenoord zijn;

  • een rechthoekig kavelpatroon;
  • openheid, overzicht;
  • kanalen;
  • beplante linten;
  • compactheid van het dorp;
  • groene ruimtes in het dorp;
  • herkenbaarheid van de historische linten;

Kenmerken van de ruimtelijke kwaliteit zijn in Nieuw Amsterdam - Veenoord zijn:

  • architectonische. eenheden
  • herkenbare rooilijnen
  • relatie en /invloed op het kanaal
  • groene ruimtes in het openbaar gebied
  • beplante linten

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0043.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0044.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0045.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0046.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0047.png"

4.2.2 Bebouwing

Nieuw Amsterdam - Veenoord kent woonbuurten uit verschillende tijdperken. Qua beeldvorming en opzet zijn ze verschillend, onder andere door de tijd wanneer zij zijn ontstaan (voorheen 2 gemeentes), hebben ze wel één ding gemeen, namelijk het feit dat er een stedenbouwkundig plan ten grondslag lag. Daarmee is niets in de woonbuurten per toeval ontstaan, maar is dat wat we zien de invulling van een stedenbouwkundige visie, die geldt voor de stratenpatronen, de landschappelijke elementen en ook voor de bebouwingstypologie en architectonische kwaliteit en verschijningsvorm van gebouwen.

Per periode wordt een beschrijving gegeven van de stredenbouwkundige opzet van buurten. Maar eerst worden de lintbebouwingen (die tussen de woonbuurten inliggen) eerst als afzonderlijk item behandeld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0048.png"

Figuur: Groenstructuur en dorpsuitbreidingen

Historische linten

a. Opbouw

Lintbebouwing is een bebouwde omgeving aan beide zijden van een straat met een typische lineaire structuur. Het verkavelingpatroon is voortgekomen uit een zo efficiënt mogelijke ontginning van het veen.

De bebouwingslinten langs de Hoogeveensche Vaart en de Zijtak kenmerken zich door de aanwezige diversiteit aan bebouwing. Aan de Hoogeveensche Vaart is naast woningbouw tussen de 2 bruggen een centrum ontstaan met diverse winkels. Aan de noordzijde van de Hoogeveensche Vaart en aan de oostzijde van de Zijtak heeft de bebouwing een open en individueel karakter waar naast woningbouw ook garage-bedrijven, werkplaatsen en (voormalige) agrarische bedrijven zijn gevestigd.

De Wijkstraat, Nieuweweg en de Schoolijk volgen de structuren van de oorspronkelijke veenontginning.

Het gevelbeeld van het bebouwingslint wordt vooral gekenmerkt door een grote mate aan variatie in positionering, bouwvolume en -hoogte, kapvorm, vormgeving en kleur- en materiaalgebruik. De samenhang in de linten is met name te vinden in de ritmiek van bouwmassa's van één tot twee lagen met kap. Platte daken komen bijna niet voor, alleen bij (voormalige) winkelfuncties aan Hoogeveensche Vaart.

b. Nadere analyse per deelgebied

  • bebouwing vertoont onregelmatig beeld in het centrum ten aanzien van hoogte, (kap)vorm, en kleur alsmede de rooilijn, buiten het centrum is deze samenhang wel aanwezig;
  • historische bebouwing minimaal aanwezig;
  • nokrichting haaks en evenwijdig op de straat;
  • aan de Hoogeveensche Vaart hoofdgebouwen met plat dak en diversiteit in bouwlagenen hoogte;
  • aan de randen diepe kavels met overgang naar het landelijk gebied met relatief veel bijgebouwen;
  • hoofdgebouwen grotendeels in ongelede hoofdvorm;
  • meerdere functies aan het lint langs de Hoogeveensche Vaart en de Zijtak;
  • herkenbaar straatprofiel van de lintbebouwing aan de Wijkstraat, Nieuweweg en de Schooldijk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0049.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0050.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0051.png"

c. Knelpunten

Verminderde uitstraling van (voormalige) winkelpanden. Bij een aantal woningen met twee naar de weg gekeerde gevels zijn bijgebouwen gesitueerd richting de openbare ruimte. Een aantal historische panden staan leeg in het centrum.

d. Conclusie

Extra aandacht dient uit te gaan bij de bouw/verbouw naar hoogte-breedte verhoudingen, positionering, transparantie naar het achterliggende gebied, detaillering, kleur- en materiaalgebruik. Bij voorkeur met gebruikmaking van het reeds aanwezige scala van min of meer traditionele middelen, materialen en kleuren. Dat betekent overigens niet dat altijd imitatie van historische of andere bestaande elementen vereist is, soms kan een eigentijdse vormgeving juist de bestaande karakteristieken benadrukken. De identiteit van de lintbebouwing kan aangetast worden door uitbreidingen in een gelede hoofdvorm.

Periode 1910-1930 (paars)

a. Opbouw woonbuurt

Deze buurt bestaat grotendeels uit projectmatig gebouwde woningen bestaande uit één en twee bouwlagen met zadeldak, waarbij een aantal woningen aan de Leemweg bestaan uit twee bouwlagen met een plat dak.

b. Nadere analyse per deelgebied

  • Architectonische eenheden met gemeenschappelijke kenmerken (kapvorm, materialen en kleur, bouwhoogte etc);
  • Rechte voorgevelrooilijn;
  • Variatie aan bouwlagen en kapvorm van hoofdgebouwen (1 en 2 bouwlagen, zadeldak en platdak);
  • Variatie aan type bebouwing (twee onder één kap woningen en strokenbouw);
  • Standaard bouwvorm (identiteit) is nog intact;
  • De hoofdgebouwen georiënteerd evenwijdig met de straat;
  • Eventuele standaard aanbouwen zijn nog intact;
  • Diverse woningen met 2 naar de weg gekeerde gevels.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0052.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0053.png"

c. Knelpunten

Bij een aantal woningen met twee naar de weg gekeerde gevels zijn bijgebouwen gesitueerd richting de openbare ruimte. Door verbouw/nieuwbouw kan de identiteit worden aangetast.

d. Conclusies

Door de uniformiteit van de woningen, een goede orientatie van de woningen ten opzichte van elkaar en de aanwezigheid van diverse groenstroken voor de woningen is nog veel van het oorspronkelijke concept terug te vinden. Extra aandacht dient uit te gaan naar hoogte-breedte verhoudingen, positionering van de aan- en bijgebouwen.

Periode 1955-1965 (blauw)

a. Opbouw woonbuurt

De woningen uit deze periode bestaan hoofdzakelijk uit projectmatig gebouwde woningen uitgevoerd in 1 of 2 bouwlagen met zadeldak.

De woningen zijn grotendeels in het bezit van een woningbouwvereniging. Hierdoor is de oorspronkelijke bouwvorm van hoofdgebouw met standaard aanbouw redelijk intact.

b. Nadere analyse per deelgebied

  • Architectonische eenheden met gemeenschappelijke kenmerken (kapvorm, materialen en kleur, bouwhoogte etc);
  • Grotendeels twee onder één kap woningen, de hoofdgebouwen staan georiënteerd op de straat, nokrichting hoofdzakelijk evenwijdig met de straat;
  • Standaard bouwvorm (identiteit) is nog intact;
  • Rechte voorgevelrooilijn, bij bochten in het wegprofiel gaat de voorgevelrooilijn trapsgewijs mee;
  • Bijgebouwen zijn in beperkte mate aanwezig;
  • Standaard bouwvorm (identiteit) is nog intact;
  • Ruim van opzet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0054.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0055.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0056.png"

c. Knelpunten

Diverse kavels hebben twee naar de weg gekeerde gevels. De mogelijkheid bestaat dat door eventuele uitbreiding van het hoofdgebouw of bouw van een bijgebouw het straat- en bebouwingsbeeld wordt aangetast.

d. Conclusies

Door de uniformiteit van de woningen, een goede orientatie van de woningen ten opzichte van elkaar en de aanwezigheid van diverse groenstroken voor de woningen is het oorspronkelijke concept nog in tact. Extra aandacht dient uit te gaan naar hoogte-breedte verhoudingen, positionering van de aan- en bijgebouwen, detaillering, kleur- en materiaalgebruik.

Er dient zorgvuldig om te worden gegaan met de woningen met twee naar de weg gekeerde gevels.

Periode 1960-1975 (rood)

a. Opbouw woonbuurt

Dit gebied bestaat uit projectmatig gebouwde rijenwoningen (stempels).De woningen bestaan grotendeels uit twee bouwlagen met een zadeldak.

b. Nadere analyse per deelgebied

  • Architectonische eenheden met gemeenschappelijke kenmerken (kapvorm, materialen en kleur, bouwhoogte etc);
  • De nokrichtingen van de woningen staan evenwijdig met de straat en de vrijstaande woningen haaks danwel evenwijdig op de straat;
  • Standaard bouwvorm (identiteit) is nog intact;
  • Duidelijke ritme van bouwblokken;
  • Verschillen in verkaveling tussen Veenoord en Nieuw Amsterdam. In Veenoord is onder andere gebruik gemaakt van hofjes waarbij de woningen evenwijdig op de straat staan gesitueerd. In Nieuw Amsterdam staan de woningen evenwijdig met de straat dan wel met de kopse kant op de straat waarbij de woningen zijn gesitueerd in een groene setting;
  • Voorkant - achterkant, voorkant - zijkant en achterkant- achterkant situering van hoofdgebouwen;
  • Rijenwoningen hebben een standaard bijgebouw;
  • Grotendeels zijn de bijgebouwen in beperkte mate aanwezig;
  • Ruime opzet van het openbaar groen bij de stempels in Nieuw Amsterdam door wijze van verkavelen

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0057.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0058.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0059.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0060.png"

c. Knelpunten

Diverse kavels hebben twee naar de weg gekeerde gevels. De mogelijkheid bestaat dat door eventuele uitbreiding van het hoofdgebouw of bouw van een bijgebouw het straat- en bebouwingsbeeld wordt aangetast.

d. Conclusies

Door de uniformiteit van de woningen, een goede orientatie van de woningen ten opzichte van elkaar en de aanwezigheid van diverse groenstroken voor de woningen is het oorspronkelijke concept nog in tact. Extra aandacht dient uit te gaan naar hoogte-breedte verhoudingen, positionering van de aan- en bijgebouwen, transparantie naar het achterliggende gebied, detaillering, kleur- en materiaalgebruik.

Er dient zorgvuldig om te worden gegaan met de woningen met twee naar de weg gekeerde gevels.

Periode 1975-1985 (oranje)

a. Opbouw woonbuurt

De bebouwing uit deze periode bestaat hoofdzakelijk uit projectmatig gebouwde woningen. Door de situering en éénheid in de bebouwing hebben de buurten afzonderlijk een eigen identiteit.

b. Nadere analyse per deelgebied

  • Architectonische eenheden met gemeenschappelijke kenmerken (kapvorm, materialen en kleur, bouwhoogte etc);
  • Duidelijke ritme van bouwblokken;
  • Duidelijk herkenbare rooilijnen waarin de bebouwing is geplaatst;
  • De hoofdgebouwen staan georiënteerd op de straat, nokrichting grotendeels evenwijdig met de straat;
  • Vrijstaande woningen gevarieerd gesitueerd;
  • Voornamelijk rechte voorgevelrooilijn, bij bochten in het wegprofiel gaat de voorgevelrooilijn mee;
  • Aanbouwen voor de voorgevel;
  • Bijgebouwen zijn in beperkte mate aanwezig;
  • Weinig samenhang in de vrijstaande woningen;
  • Weinig openbaar groen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0061.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0062.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0063.png"

c. Knelpunten

Diverse kavels hebben twee naar de weg gekeerde gevels. De mogelijkheid bestaat dat door eventuele uitbreiding van het hoofdgebouw of bouw van een bijgebouw het straat- en bebouwingsbeeld wordt aangetast.

d. Conclusies

Door de uniformiteit van de woningen, een goede oriëntatie van de woningen ten opzichte van elkaar is nog veel van het oorspronkelijke concept intact. Er dient zorgvuldig om te worden gegaan met de woningen met twee naar de weg gekeerde gevels.

Periode na 1985 (geel)

a. Opbouw woonbuurt

Deze buurten bestaan grotendeels uit particulier gebouwde vrijstaande alsmede twéé onder één kap woningen. De woningen bestaan uit één en twee bouwlagen met kap, haaks alsmede evenwijdig met de weg.

b. Nadere analyse

  • Duidelijk herkenbare voorgevelrooilijn;
  • Minimaal architectonische eenheden met gemeenschappelijke kenmerken (kapvorm, materialen en kleur, bouwhoogte etc.);
  • Weinig samenhang in de vrijstaande woningen;
  • Het samenhangende karakter/identiteit wat grotendeels aanwezig is in Nieuw Amsterdam - Veenoord is hier niet aanwezig.

afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0064.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0065.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0066.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0114.2009020-0701_0067.png"

c. Knelpunt

Diverse kavels hebben twee naar de weg gekeerde gevels. De mogelijkheid bestaat dat door eventuele uitbreiding van het hoofdgebouw of bouw van een bijgebouw het straat- en bebouwingsbeeld wordt aangetast.

d. Conclusies

Dit gebied heeft zijn eigen identiteit, het samenhangende karakter/identiteit wat grotendeels aanwezig is Nieuw Amsterdam - Veenoord is hier niet aanwezig. Er dient zorgvuldig te worden omgegaan met de kavels grenzend aan het openbaar groen alsmede de kavels grenzend aan de landbouwgronden. Er dient zorgvuldig om te worden gegaan met de woningen met twee naar de weg gekeerde gevels.