direct naar inhoud van Artikel 10 Wonen - Twee aaneen
Plan: Schoonebeek, Stroomdal
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2011036-0701

Artikel 10 Wonen - Twee aaneen

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen-Twee aaneen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. twee-onder- een kap woningen, twee aaneen;
  • b. bijbehorende bouwwerken;
  • c. tuin en erven;

met bijbehorende:

  • d. andere bouwwerken;
  • e. sport- en speelgelegenheden;
  • f. toegangswegen in- en uitritten;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de totale gezamenlijke oppervlakte aan gebouwen op het perceel met de bestemming Wonen-Twee aaneen bedraagt maximaal 200 m2 met in achtneming dat niet meer dan 50% van het bouwperceel bebouwd wordt.
10.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van een hoofdgebouw gelden de volgende bepalingen:

  • a. als hoofdgebouw mag uitsluitend een twee-onder- een kap woning worden gebouwd;
  • b. het aantal hoofdgebouwen met de bestemming Wonen- Twee aaneen ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan mag niet worden vermeerderd;
  • c. hoofdgebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • d. het bouwvlak mag volledig bebouwd worden;
  • e. de afstand van een niet aangebouwde zijde van het hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelgrens dient minimaal 3 meter te bedragen, tenzij de bestaande afstand kleiner is, in welk geval de bestaande afstand als minimum geldt;
  • f. de voorgevel van het hoofdgebouw dient in de gevellijn te worden opgericht, dan wel op de bestaande locatie indien de huidige voorgevel achter de gevellijn is opgericht;
  • g. de goot- en bouwhoogte van een hoofdgebouw mogen niet meer dan de bestaande hoogte bedragen;
  • h. de dakhelling van een hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan de bestaande dakhelling.
10.2.3 bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken inclusief overkappingen bij een woning met de bestemming Wonen- Twee aaneen mag buiten het bouwvlak maximaal 50m² bedragen, met in achtneming dat:
    • 1. niet meer dan 50% van de oppervlakte van het bouwperceel bebouwd wordt;
    • 2. de oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken gebouwd op dat gedeelte van het bouwperceel, waar het hoofdgebouw nog volgens het bepaalde in artikel 10.2.2 a en b kan worden vergroot, niet wordt gerekend tot de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken;
    • 3. de voorgevel van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag maximaal 30 meter achter de achtergevel van het hoofdgebouw worden opgericht;
  • b. bijbehorende bouwwerken dienen minimaal 3 meter achter de gevellijn van de woning te worden opgericht, dan wel indien sprake is van een kleinere afstand, de reeds bestaande afstand;
  • c. maximaal 50% van de gronden voor de voorgevel mogen worden bebouwd mits:
    • 1. bij de eerste oplevering van het hoofdgebouw een bijbehorend bouwwerk voor de voorgevel gerealiseerd is;
    • 2. de maximale bouwhoogte niet meer dan 3,5 m bedraagt;
  • d. bij twee naar de weg gekeerde gevels (hoeksituatie) van het hoofdgebouw dienen vrijstaande bijbehorende bouwwerken achter de naar de weg gekeerde gevels van het hoofdgebouw dan wel in of achter het verlengde daarvan te worden gebouwd;
  • e. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken binnen 3 meter afstand van de perceelsgrens mag maximaal 3,5 meter bedragen;
  • f. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 3 meter bedragen;
  • g. de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk mag maximaal 6 meter bedragen.
10.2.4 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • 1. de totale gezamenlijke oppervlakte aan andere bouwwerken mag maximaal 15m2 bedragen mits niet meer dan 50% van de oppervlakte van het bouwperceel bebouwd wordt;
  • 2. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag voor de gevellijn maximaal 1 meter en achter de gevellijn maximaal 3 meter bedragen met dien verstande dat:
  • a. overkappingen dienen achter de gevellijn van de woning te worden opgericht:
  • b. de maximale bouwhoogte van een erf- en terreinafscheiding voor de gevellijn maximaal 1 meter mag bedragen en achter de gevellijn maximaal 2 meter;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten maximaal 5 meter mag bedragen;
  • d. een luifel aan het hoofdgebouw maximaal 1,5 meter uit steken.
10.3 Nadere eisen
10.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
10.4 Afwijken van de bouwregels
10.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 10.2.2 onder a en toestaan dat een hoofdgebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits:
    • 1. mits de afstand van het hoofdgebouw tot de zijerfscheiding aan 1 zijde minimaal 3 meter bedraagt;
    • 2. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm van de bebouwing;
    • 3. de uitbreiding niet groter is dan 0,5 keer het bestaande hoofdgebouw;
  • b. artikel 10.2.2 onder e en toestaan dat de maximale bouwhoogte van het hoofdgebouw 1 meter hoger mag bedragen;
  • c. artikel 10.2.2 onder e en toestaan dat de maximale goothoogte van het hoofdgebouw 1 meter hoger mag bedragen;
  • d. artikel 10.2.3 bijbehorende bouwwerken onder b en toestaan dat bijbehorende bouwwerken vanaf de gevellijn mogen worden opgericht;
  • e. artikel 10.2.3 bijbehorende bouwwerken onder a en toestaan dat de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken bij een per woning maximaal 75m² bedragen, mits;
  • 1. niet meer dan 50% van de oppervlakte van het achtererfgebied bebouwd wordt;
  • 2. de oppervlakte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk niet meer dan 50m² bedraagt.
  • f. artikel 10.2.3 onder d en toestaan dat bij twee naar de weg gekeerde gevels (hoeksituatie) van het hoofdgebouw het vrijstaande bijbehorende bouwwerken niet in het verlengde van de naar de weg gekeerde gevels van het hoofdgebouw gebouwd hoeft te worden;
10.4.2 Beperking

De toepassing van de in artikel 10.4 genoemde afwijking is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om omgevingsvergunning te verlenen worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de omgevingsvergunning niet verleend;

10.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk als afzonderlijke woning;