direct naar inhoud van Artikel 4 Maatschappelijk - Onderwijs
Plan: Zwartemeer, school aan De Blokken
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010049-0701

Artikel 4 Maatschappelijk - Onderwijs

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk - Onderwijs' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. basisonderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs, peuterspeelzaal, kinderdagopvang, buitenschoolse opvang, brede school;

met bijbehorende:

  • b. andere bouwwerken;
  • c. sport- en speelgelegenheden;
  • d. fiets- en voetpaden;
  • e. toegangswegen, in- en uitritten;
  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. kunstwerken en waterwerken;
  • i. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het maximale bebouwingspercentage per bouwvlak bedraagt 60%.
  • c. de bouwhoogte van het (hoofd)gebouw mag niet meer bedragen dan 8 meter;
4.2.2 Bijgebouwen

Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. bijgebouwen, met name fietsenstallingen, dienen ondergeschikt te zijn aan het hoofdgebouw;
  • b. bijgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak op het zij- en achtererf worden opgericht;
  • c. bij twee naar de weg gekeerde zijgevels (hoeksituatie) van een hoofdgebouw dienen vrijstaande bijgebouwen achter de naar de weg gekeerde gevels van het hoofdgebouw dan wel in of achter het verlengde daarvan te worden gebouwd;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen mag maximaal 150 m² bedragen, mits niet meer dan 60% van de oppervlakte van het bouwvlak bebouwd wordt;
  • e. de bouwhoogte van bijgebouwen binnen 3 meter afstand van de perceelsgrens mag maximaal 3,5 meter bedragen;
  • f. de goothoogte van een bijgebouw mag maximaal 3 meter bedragen;
  • g. de bouwhoogte van een bijgebouw mag maximaal 6 meter bedragen;
4.2.3 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. andere bouwwerken dienen minimaal 3 meter achter de gevellijn te worden opgericht;
  • b. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag maximaal 6 meter bedragen en maximaal 15m² vloeroppervlak beslaan met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten en vlaggemasten maximaal 10 meter mag bedragen;
  • c. in afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.1 onder a. mag een luifel aan het hoofdgebouw maximaal 3 meter buiten het bouwvlak uit steken;
  • d. de bouwhoogte van een overkapping mag maximaal 4 meter bedragen;
  • e. in afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder a. mag een erf- en terreinafscheiding voor de gevellijn opgericht worden mits de bouwhoogte van de erf- en terreinafscheidingen gelegen langs een openbare weg en/ of langs het gedeelte van het zijerf, dat loopt vanaf de openbare weg tot aan de voorgevel van het (hoofd)gebouw, maximaal 1 meter bedraagt, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de gevellijn maximaal 2 meter mag bedragen;
4.3 Nadere eisen
4.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
4.4 Afwijken van de bouwregels
4.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 4.2.3 lid a voor de bouw van fietsenstallingen, voorzover als bouwwerk aangemerkt, buiten de in artikel 4.2.1 lid a genoemde bouwvlak tot maximaal 50 meter², met een maximale bouwhoogte van 3 meter;
  • b. artikel 4.2.2 onder d. en toestaan dat de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen maximaal 200m² bedragen, mits;
    • 1. niet meer dan 60% van de oppervlakte van het bouwperceel bebouwd wordt;
    • 2. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen ten hoogste 100% van de oppervlakte van het hoofdgebouw;
  • c. artikel 4.2.2 onder f. en toestaan dat de goothoogte van een bijgebouw maximaal 3,5 meter mag bedragen;
  • d. artikel 4.2.3 onder d. en toestaan dat de bouwhoogte van een erf- en terreinafscheiding langs de openbare weg maximaal 1,5 meter mag bedragen;
4.4.2 Beperking

De toepassing van de in artikel 4.4.1 genoemde afwijking is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om omgevingsvergunning te verlenen worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de omgevingsvergunning niet verleend;