direct naar inhoud van Artikel 3 Centrum
Plan: Emmen, Noorderplein e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010021-0701

Artikel 3 Centrum

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Centrum aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel, met uitzondering van supermarkten en bouwmarkten;
  • b. maatschappelijke voorzieningen;
  • c. horeca-1;
  • d. bedrijfsactiviteiten uit milieucategorie 1 en 2 zoals opgenomen in de bij deze regels behorende staat van bedrijfsactiviteiten;
  • e. kantoren;
  • f. sportschool
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. een (ondergrondse) parkeergarage ter plaatse van de aanduiding parkeergarage incl. in- en uitrit;

met bijbehorende:

  • i. andere bouwwerken;
  • j. sport- en speelgelegenheden;
  • k. fiets- en voetpaden;
  • l. toegangswegen, in- en uitritten;
  • m. voorzieningen t.b.v. laad- en los activiteiten;
  • n. geluidswerende voorzieningen;
  • o. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding bouwhoogte mag de bouwhoogte van het (hoofd)gebouw niet meer bedragen dan is aangegeven,
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' is de bouw van een (ondergrondse) parkeergarage toegestaan;
  • d. ondergeschikte bouwdelen, zoals vluchttrappenhuizen zijn toegestaan buiten het bouwvlak met een toegestane maximale overschrijding van de bouwvlakgrens met 3 meter.
  • e. ondergeschikte bouwdelen, zoals ventilatieschoorstenen, mogen maximaal 25 meter bedragen.
3.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. luifels aan het gebouw mogen maximaal 2 meter uit steken;
  • b. de bouwhoogte van een overkapping mag maximaal 3 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van erf-en terreinafscheidingen gelegen langs een openbare weg en/ of langs het gedeelte van het zijerf, dat loopt vanaf de openbare weg tot aan de voorgevel van het hoofdgebouw, mag maximaal 1 meter bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf-en terreinafscheidingen achter de gevellijn maximaal 2 meter mag bedragen;
  • d. de bouwhoogte van andere bouwwerken, mag maximaal 6 meter bedragen en maximaal 15m² vloeroppervlak beslaan, van lichtmasten maximaal 10 meter mag bedragen;

3.3 Nadere eisen
3.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.