direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk - Woonzorginstelling
Plan: Emmen, Emmerhout
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010009-0701

Artikel 12 Maatschappelijk - Woonzorginstelling

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk - Woonzorginstelling' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van een zorginstelling, verpleeghuis, woonzorgcentrum, beschermd wonen;
  • b. gebouwen ten behoeve van fietsenstallingen;

met bijbehorende:

  • c. andere bouwwerken;
  • d. horeca -1 en 2 ten dienste van de bestemming;
  • e. sport- en speelgelegenheden;
  • f. fiets- en voetpaden;
  • g. toegangswegen, in- en uitritten;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.
12.2 Bouwregels
12.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouw- en goothoogte bedragen de bestaande bouw- en goothoogte;
  • c. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding 'maximale bouwhoogte' mag de bouwhoogte van het (hoofd)gebouw niet meer bedragen dan is aangegeven.
12.2.2 Fietsenstallingen/bergingen

Voor het bouwen van fietsenstallingen/bergingen gelden de volgende bepalingen:

  • a. fietsenstallingen/bergingen mogen buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de totale of gezamenlijke oppervlakte van fietsenstallingen/bergingen mag maximaal 50 m2 bedragen mits niet meer dan 50% van het bouwperceel wordt bebouwd;
  • c. de bouwhoogte van een fietsenstalling/berging mag maximaal 3 meter bedragen.
12.2.3 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt de volgende bepaling:

  • a. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag maximaal 3 meter bedragen met dien verstande dat de maximale bouwhoogte van een erf- en terreinafscheiding voor de gevellijn maximaal 1 meter bedraagt en achter de gevellijn maximaal 2 meter en de maximale bouwhoogte van lichtmasten en vlaggenmasten maximaal 5 meter mag bedragen.
12.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. de milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
12.4 Afwijken van de bouwregels
12.4.1 Bevoegdheid

Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. lid 12.2.1 onder a worden toegestaan dat gebouwen mogen worden gerealiseerd buiten het bouwvlak met een maximum vloeroppervlak van 50 m²;
  • b. lid 12.2.1 onder b in die zin dat de bouw- en goothoogte van een gebouw mag worden verhoogd met maximaal 1 meter.
12.4.2 Beperking

De toepassing van de in lid 12.4.1 genoemde afwijkingen is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om de omgevingsvergunning te verlenen, worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad, wordt de omgevingsvergunning niet verleend.