direct naar inhoud van 1.5 Verrichte onderzoeken
Plan: Recreatieve ontwikkeling Amsterdamsche Veld
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2010001-0003

1.5 Verrichte onderzoeken

Ter voorbereiding van dit bestemmingsplan zijn diverse onderzoeken verricht. In deze paragraaf worden de onderzoeken kort benoemd. De conclusies van de onderzoeken treft u aan in hoofdstuk 4 Onderzoek.

  • Milieueffectrapportage Recreatieve ontwikkeling Amsterdamsche Veld, plan- en projectMER, RBOI en Witteveen en Bos, nummer 71809.13543.00, maart 2009.

Om de milieubelangen volwaardig mee te nemen in de keuzes voor en de besluitvorming over het bestemmingsplan voor het gebied, is een milieueffectrapport (MER) opgesteld. Dit rapport brengt de milieueffecten van de voorgenomen ontwikkeling en van (reële) alternatieven in beeld. Het rapport dient als onderbouwing voor het bestemmingsplan. Bij het opstellen van dit rapport zijn de door de gemeenteraad vastgestelde richtlijnen gevolgd. In het MER wordt eerst een beschrijving gegeven van de uitgangspunten voor de ontwikkelingen zoals deze de initiatiefnemer en de gemeente in eerste instantie voor ogen stonden. Binnen deze uitgangspunten zijn verschillende inrichtingsmogelijkheden denkbaar; deze zijn vertaald naar twee alternatieven en in totaal vijf varianten voor de inrichting. Het MER onderzoekt de effecten daarvan op het milieu en vergelijkt deze effecten met de situatie als er in het gebied geen nieuwe initiatieven zouden zijn (de 'referentiesituatie' = huidige situatie inclusief autonome ontwikkelingen). Aan de hand van de resultaten van dit onderzoek is het zogenoemde 'meest milieuvriendelijke alternatief' (afgekort MMA) uitgewerkt. Dit alternatief bestaat uit de voor het milieu meest optimale combinatie van de alternatieven en varianten, waarbij een aantal extra maatregelen ter bescherming van het milieu zijn toegevoegd. Het voorkeursalternatief sluit hierbij waar mogelijk op aan. Bij het MER horen diverse bijlagenrapporten zoals genoemd in de inhoudsopgave van het MER.

  • Aanvullende hydrologisch onderzoek waterbehoefte WildLife ParkResort,                     Witteveen + Bos, kenmerk EMN 76-6, 28 september 2010.

Door Witteveen + Bos is nader onderzoek gedaan naar de mate waarin het watersysteem ook zelfvoorzienend kan zijn in een extreem droog jaar. Daarbij is de invulling van de westelijke randgebieden en de kanaalstrook met onder meer een golfbaan ook betrokken.

  • Programma van Eisen plangebied Amsterdamsche Veld, inventariserend veldonderzoek, een karterend sonderingsonderzoek, RAAP PvE 685, november 2009.

Ten behoeve van het bestemmingsplan is aanvullend archeologisch onderzoek uitgevoerd. Uit het verkennend booronderzoek en het aanvullend karterend onderzoek is gebleken dat de bodem in de te onderzoeken delen grotendeels intact is. Om beter zicht te krijgen hoe hoog het risico is dat zich in de voor het plan cruciale locaties met bodemingrepen (bouwputten, water- en wegtracés) archeologische waarden bevinden, is nader onderzoek uitgevoerd. Op basis van dit onderzoek kan nog geen uitspraak worden gedaan over de aanwezigheid van vindplaatsen in het gehele onderzoeksgebied. Wel is al een vindplaats aangetroffen die in situ beschermend wordt. Aangezien niet het hele gebied met archeologische verwachtingswaarden is onderzocht, zijn delen van de ontwikkelingslocatie vooralsnog met een archeologische bestemming beschermd. Deze locaties kunnen na nader onderzoek worden gewijzigd in een recreatieve bestemming.

  • Beoordeling geluidssituatie WildLife ParkResort Europe te Amsterdamsche Veld, Noordelijk Akoestisch Adviesburo BV, kenmerk 3844/NAA/hw/fw , januari 2010 en aanvulling op het geluidrapport, kenmerk 3844/ad/15816 d.d. 20 augustus 2010.

Nader onderzoek is verricht naar de geluidsuitstraling van de recreatieve ontwikkeling op omliggende woningen. Daarbij is zowel gekeken naar wegverkeerslawaai als hinder vanuit de inrichting.

Daarnaast is een inrichting- en beheersplan en een beeldkwaliteitsplan opgesteld.

Het MER, inrichting- en beheersplan en een beeldkwaliteitsplan vormen losse bijlagen bij dit bestemmingsplan. Dat geldt ook voor het akoestisch onderzoek.