direct naar inhoud van Artikel 11 Centrum
Plan: Emmen, Emmermeer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009059-0701

Artikel 11 Centrum

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel;
  • b. maatschappelijke voorzieningen;
  • c. kantoren;
  • d. wonen, vanaf de eerste verdieping ter plaatse van de aanduiding 'wonen';
  • e. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • f. parkeervoorzieningen, zowel ondergronds als bovengronds;
  • g. horecabedrijven van categorie 1 en 2;
  • h. horecabedrijven van categorie 3, ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 3';
  • i. garageboxen, ter plaatse van de aanduiding 'garage';

met bijbehorende:

  • j. andere bouwwerken;
  • k. sport- en speelgelegenheden;
  • l. fiets- en voetpaden;
  • m. toegangswegen in- en uitritten;
  • n. parkeervoorzieningen;
  • o. groenvoorzieningen;
  • p. kunstwerken en waterwerken;
  • q. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag volledig bebouwd worden;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' dient de voorgevel van het hoofdgebouw in de gevellijn te worden opgericht;
  • d. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan de bestaande hoogte bedragen;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder d mag de bouwhoogte van een gebouw maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte bedragen.
11.2.2 Woningen en bijbehorende bouwwerken
  • a. ter plaatse van de aanduiding wonen zijn vanaf de eerste verdieping woningen toegestaan;
  • b. het aantal woningen ter plaatse van de de aanduiding wonen mogen niet vermeerderd worden;
  • c. bijbehorende bouwwerken ten dienste van de woning dienen inpandig gerealiseerd te worden;
11.2.3 Garageboxen

Voor het bouwen van garageboxen gelden de volgende bepalingen:

  • a. als gebouwen mogen uitsluitend garageboxen worden gebouwd;
  • b. garageboxen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'garage';
  • c. de bouwhoogte van een garagebox, ter plaatse van de aanduiding 'garage' mag niet meer dan de bestaande hoogte bedragen.
11.2.4 Bedrijfswoning

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is 1 bedrijfswoning toegestaan;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van een woning inclusief bijbehorende bouwwerken bedraagt ten hoogste 250m2, danwel de bestaande oppervlakte;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' dient de voorgevel van de bedrijfswoning in de gevellijn te worden opgericht;
  • d. de afstand van een bedrijfswoning tot de zijdelingse perceelgrens dient minimaal 3 m te bedragen, tenzij de bestaande afstand kleiner is, in welk geval de bestaande afstand als minimum geldt;
  • e. de goot- en bouwhoogte van een bedrijfswoning mogen niet meer dan de bestaande hoogte bedragen;
11.2.5 bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:

  • a. bijbehorende bouwwerken dienen qua massa en hoogte ondergeschikt te zijn aan het hoofdgebouw, wat onder andere betekent dat:
    • 1. de oppervlakte van aangebouwde bijbehorende bouwwerken niet groter is dan het hoofdgebouw;
    • 2. een enkel vrijstaand bijbehorend bouwwerk qua oppervlakte niet groter is dan hoofdgebouw;
  • b. indien de oppervlakte van de bestaande woning ten tijde van de terinzagelegging van het het ontwerpbestemmingsplan meer bedraagt dan 150 m², dan mag de totale oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken en bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal 100 m² bedragen;
  • c. bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend ten minste 3 meter achter de voorgevel van de woning danwel het verlengde daarvan worden gebouwd, danwel indien sprake is van een kleinere afstand, de reeds bestaande afstand;
  • d. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken binnen 3 meter afstand van de perceelsgrens mag maximaal 3,5 meter bedragen;
  • e. de bouwhoogte van een bijgebouw mag maximaal 6 meter bedragen;
  • f. de goothoogte van een bijgebouw mag maximaal 3 meter bedragen;
11.2.6 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag maximaal 3 meter bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten en vlaggenmasten maximaal 5 meter mag bedragen;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a mag een luifel aan het hoofdgebouw maximaal 1,5 meter voor de gevellijn uitsteken;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a mag een erf- of terreinafscheiding voor de gevellijn opgericht worden mits de bouwhoogte van de erf- en terreinafscheidingen gelegen langs een openbare weg en/of langst het gedeelte van het zijerf, dat loopt vanaf de openbare weg tot aan de voorgevel van het hoofdgebouw, maximaal 1 meter bedraagt, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- terreinafscheidingen achter de gevellijn maximaal 2 meter mag bedragen.
11.3 Nadere eisen
11.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. cultuurhistorie;
  • c. verkeersveiligheid;
  • d. sociale veiligheid;
  • e. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • f. milieusituatie;
  • g. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
11.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de eerste bouwlaag van een gebouw ten behoeve van het wonen, tenzij het gronden betreft ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', in welk geval een bedrijfswoning op de eerste bouwlaag van een gebouw is toegestaan;
  • b. het gebruik van een woning ten behoeve van kleinschalige bedrijfsactiviteiten.