direct naar inhoud van Artikel 15 Bedrijf - Rademakers
Plan: Klazienaveen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0114.2009032-0701

Artikel 15 Bedrijf - Rademakers

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Bedrijf - Rademakers aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. Ijzer-, staal- en non-ferrometaalgieterijen/ -smelterijen met een productiecapaciteit van meer dan 4000 ton per jaar met bijbehorende activiteiten, waaronder het stralen van metaaloppervlakten (Rademakers Gieterij BV);
  • b. bedrijven tot en met milieucategorie 3.2 zoals bedoeld in de bijgevoegde Staat van inrichtingen "Bedrijventerreinen Pollux en Bedrijvenpark A37", Bijlage 4, met uitzondering van bedrijven met een plaatsgebonden risicocontour van 10-6 /jaar;
  • c. een zend- en ontvangstinstallatie ter plaatse van de aanduiding "zend- en ontvangstinstallatie";
  • d. een geluidwal ter plaatse van de aanduiding "geluidwal";
  • e. bedrijfsgebouwen;

met de daarbij behorende:

  • f. andere bouwwerken;
  • g. toegangswegen in- en uitritten;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. geluidswerende voorzieningen;
  • k. kunstwerken en waterwerken;
  • l. nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
15.2 Bouwregels
15.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. indien op de verbeelding een plaatsgebonden risicocontour van 10-6 / jaar is aangegeven, zijn binnen die risicocontour geen kwetsbare en/of beperkt kwetsbare objecten toegestaan;
  • b. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" staat per bouwvlak het maximale bebouwingspercentage aangegeven, indien geen bebouwingspercentage is aangegeven mag het bouwvlak 100% bebouwd worden;
  • d. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding "maximum bouwhoogte" mag de bouwhoogte van het (hoofd)gebouw niet meer bedragen dan is aangegeven, danwel de bestaande bouwhoogte indien geen of een andere dan de bestaande bouwhoogte is aangegeven;
  • e. ter plaatse van de maatvoeringaanduiding " goothoogte" mag de goothoogte van het (hoofd)gebouw niet meer bedragen dan is aangegeven, danwel de bestaande goothoogte indien geen of een andere dan de bestaande goothoogte is aangegeven;
15.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van een ander bouwwerk mag maximaal 3 meter bedragen, danwel de bestaande hoogte, met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten en vlaggenmasten maximaal 10 meter mag bedragen;
  • b. in afwijking van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder a. mag de bouwhoogte van geluidswerende voorzieningen maximaal 7 meter bedragen, danwel de bestaande bouwhoogte;
  • c. in afwijking van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder a. mag de bouwhoogte van antennes, silo's, schoorstenen, installaties, werktuigen en andere hiermee qua aard vergelijkbare andere bouwwerken binnen het bouwvlak maximaal 12 meter bedragen, danwel de bestaande hoogte;
  • d. in afwijking van het bepaalde in 15.2.2 onder a. en c. mag ter plaatse van de aanduiding "zend-/ontvangstinstallatie" de bouwhoogte van een ander bouwwerk niet meer bedragen dan is aangegeven, danwel de bestaande hoogte indien geen bouwhoogte is aangegeven;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "geluidwal" dient de ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan bestaande geluidwal gehandhaafd te blijven;
15.3 Nadere eisen
15.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de gebouwen, wat betreft:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. cultuurhistorie;
  • d. verkeersveiligheid;
  • e. sociale veiligheid;
  • f. brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding;
  • g. milieusituatie;
  • h. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.
15.4 Afwijken van de bouwregels
15.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 15.2.1 onder b, en toestaan dat het gebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits het oppervlakte aan bebouwing niet wordt vermeerderd;
  • b. artikel 15.2.1 onder c, en toestaan dat het maximum bebouwingspercentage ten hoogste 60% bedraagt;
  • c. artikel 15.2.2 onder c, en toestaan dat de bouwhoogte van schoorstenen maximaal 40 meter mag bedragen;
15.4.2 Beperking

De toepassing van de in 15.4.1 genoemde afwijking is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om omgevingsvergunning te verlenen worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de omgevingsvergunning niet verleend;

15.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, dit behoudens voor zover een aanduiding "detailhandel" op de verbeelding is aangegeven;
  • b. het bewonen van bedrijfsgebouwen of bijbehorende bouwwerken.
15.6 Afwijken van de gebruiksregels
15.6.1 Bevoegdheid

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 15.1 en toestaan dat andere bedrijven die in aard en omvang gelijk zijn aan de milieucategorie 3.2 bedrijven op de in Bijlage 3 bijgevoegde Staat van inrichtingen "Bedrijventerrein Klazienaveen" zich mogen vestigen binnen de voor Bedrijf - Rademakers bestemde gronden;
  • b. artikel 15.1 en toestaan dat andere bedrijven die in aard en omvang gelijk zijn aan de milieucategorie 4.1 bedrijven op de in Bijlage 3 bijgevoegde Staat van inrichtingen "Bedrijventerrein Klazienaveen" zich mogen vestigen binnen de voor Bedrijf - Rademakers bestemde gronden, onder voorwaarde dat:
    • 1. de bijbehorende bedrijfsactiviteiten gerelateerd zijn aan de ijzergieterij;
    • 2. de maatgevende hinderafstanden van de nieuwe activiteit (op grond van de VNG brochure "Bedrijven en Milieuzonering" ) ten hoogste 100 meter te bedragen, met uitzondering van het aspect Geluid;
    • 3. De totale geluidsbelasting van de inrichting past binnen de gestelde kaders die op grond van de Wet geluidhinder aan het voor industrielawaai gezoneerde terrein zijn of worden gesteld;
    • 4. De eventuele toename in verkeersbelasting (milieu-index “Verkeer” dient in lijn met de VNG-brochure) dient specifiek gewogen en gemotiveerd te worden;
  • c. De toepassing van de in artikel 15.6.1 onder a. en b. genoemde afwijkingen is beperkt tot incidentele gevallen, waarbij het functioneren van de bestemming begrepen doeleinden en omliggende bestemmingen niet mag worden aangetast. In de afweging om omgevingsvergunning te verlenen worden in ieder geval de woonsituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de cultuurhistorie, de verkeersveiligheid, de (sociale) veiligheid, brandveiligheid/ externe veiligheid en rampenbestrijding, de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen in acht genomen. Indien de genoemde waarden en of belangen onevenredig worden geschaad wordt de omgevingsvergunning niet verleend;